De toekomst van Franco Colapinto binnen Alpine is plotseling een onderwerp van discussie geworden. Ondanks eerdere overtuigingen dat het team zijn bezetting voor de komende seizoenen al had vastgelegd, lijkt er nu ruimte te zijn voor verrassingen.
Colapinto, die in 2024 indruk maakte door Logan Sargeant te vervangen en vijf punten te scoren, wordt gezien als een mogelijke aanwinst voor Alpine.
Toch roept zijn reputatie als coureur met hoge schadeclaims vragen op over de wenselijkheid van een overstap. Met slechts enkele races achter zijn naam en een schadebedrag van naar schatting $5 miljoen, is de situatie complex.
Alpine heeft al bewezen dat het snelle vooruitgang kan boeken. Het team sprong in korte tijd van de negende naar de zesde plek in het constructeurskampioenschap, wat resulteerde in een extra $30 miljoen aan prijzengeld.
Deze financiële boost wordt ingezet om een sterke toekomst op te bouwen, maar het is nog onduidelijk of Colapinto hierin een rol zal spelen.
Alpine’s strategie en uitdagingen in de coureursmarkt
Alpine’s huidige focus ligt op Pierre Gasly, die opviel door een seizoen af te sluiten zonder enige reparatiekosten. Dit uitzonderlijke resultaat benadrukt het belang van een consistente en schadevrije coureur binnen het team.
Naast Gasly wordt Jack Doohan beschouwd als een veelbelovend talent. Hij kreeg een vijf-racecontract om zich te bewijzen en is recentelijk getest in Abu Dhabi. Toch blijft Colapinto in beeld, vooral met het oog op 2026, wanneer Alpine overstapt op Mercedes-powerunits.
Flavio Briatore, adviseur van Alpine, verklaarde:
“Ik ben geïnteresseerd in elke snelle coureur, inclusief Colapinto. Franco heeft iedereen verrast, maar we hebben al contracten met Gasly, Doohan en onze reservecoureur Paul Aron.”
De uitspraak toont dat Alpine mogelijkheden openhoudt, maar ook kritisch kijkt naar de kosten en voordelen van het contracteren van nieuwe coureurs.
Colapinto’s statistieken laten zien dat hij niet alleen een potentiële aanwinst is, maar ook een risico. In zijn beperkte aantal races heeft hij aanzienlijke schade veroorzaakt, waaronder:
Onderdeel | Aantal beschadigingen |
---|---|
Voorvleugels | 5 |
Voorwielophangingen | 6 |
Bodemplaten | 3 |
Chassis | 1 |
Deze schade heeft geleid tot een totaal van ongeveer $5 miljoen aan kosten, wat zwaar weegt op de evaluatie van zijn waarde als coureur. Ter vergelijking: Alexander Albon, die tweede staat op de lijst van schadegevallen, veroorzaakte iets minder kosten.
De rol van Flavio Briatore in Alpine’s keuzes
Briatore speelt een cruciale rol in de strategische beslissingen van Alpine. Hij benadrukt het belang van een rationele aanpak bij het evalueren van coureurs. Over de huidige markt zei hij:
“Een sterke race kan plotseling de waarde van een coureur verdubbelen. We moeten voorzichtig zijn bij het nemen van dergelijke beslissingen.”
Volgens Briatore ligt de prioriteit op talenten uit Alpine’s eigen academie, zoals Paul Aron, Gabriele Mini en Victor Martins. Deze strategie onderstreept het belang van kostenbeheersing en het ontwikkelen van intern talent in plaats van te investeren in dure externe coureurs.
Hoewel Alpine grote plannen heeft voor de komende seizoenen, waaronder een overstap naar Mercedes-powerunits in 2026, blijft de vraag welke coureurs de sleutel tot succes zullen vormen.
Colapinto hoopt op een kans in 2026, maar de concurrentie binnen het team en zijn reputatie als schadegevoelige coureur maken dit onzeker. Alpine’s streven om te blijven groeien, zowel financieel als technisch, zal bepalen wie een plaats in het team krijgt.