Max Verstappen is niet bang om zijn mening te geven over F1-zaken. Als je hem vraagt wat hij wil van F1, is zijn antwoord “zeker minder races” dan de 24 die voor het komende seizoen zijn gepland. Ondanks dat hij bijna elke race in 2023 won en gemakkelijk naar een derde wereldtitel liep, is Verstappen nooit iemand geweest die de partijlijn volgt. Zijn kritiek op aspecten zoals sprint races en de opbouw van de Grand Prix van Las Vegas was opvallend in vergelijking met de rest van het veld, en de Nederlander heeft een lange verlanglijst voor zijn F1-hoop.
Max Verstappen geeft zijn visie op de kalender en wijzigingen in sprints
2024 ziet weer een recordbrekend seizoen in termen van races met 24 gepland voor het jaar, een stijging van één vergeleken met 2023, aangezien de Chinese Grand Prix terugkeert. Wat dat betekent, is honderden uren reizen voor de coureurs en het personeel en veel dagen weg van huis en hoewel Verstappen de wereld rondreist in een privéjet, voelt zelfs hij de vermoeidheid. “Zeker minder races,” vertelde hij aan Auto Motor und Sport over zijn F1-wens. “Voor mij hebben we er te veel. Maar wij zijn niet degenen die beslissen. Zelfs de FIA niet. Maar ik zou altijd pleiten voor minder races en meer kwaliteit. En de teams? Alleen als ze van goede kwaliteit zijn en niet alleen het veld vullen.”
Sprint races en de magie van de zondagse grand prix
Over de sprint races herhaalde hij zijn punt dat een korter formaat “een deel van de magie” van de zondagse grand prix wegneemt. “Ik heb altijd gezegd dat ik de zakelijke kant begrijp,” vervolgde de Red Bull-coureur. “Maar ik bekijk het als een pure racer. Het neemt een deel van de magie weg. Toen ik als kind de tv aanzette, vroeg ik me met spanning af wat er in de race zou gaan gebeuren. Als fan heb je niet alle inside informatie over bandenslijtage of iets dergelijks. Je ziet een Red Bull, Mercedes en Ferrari op de grid en je vraagt je af hoe het gaat eindigen. Een sprint race laat min of meer weten wat er de volgende dag gaat gebeuren. Tenzij er gekke omstandigheden zijn.
Bijvoorbeeld een verandering in het weer. Normaal gesproken kun je het racetempo beoordelen na een sprint. Ik denk dat dat de spanning wegneemt. Misschien is de start nog steeds spannend. Het formaat is over het algemeen vrij hectisch. Ik vind het niet erg om maar één oefensessie te hebben voor de kwalificatie. Maar de nieuwe kwalificatie voor de sprint? Dat geeft me niet veel, omdat we al de grote kwalificatiesessie hebben gehad. Dat is de belangrijke sessie. In de sprint wint de winnaar slechts acht punten. De verschillen tussen tweede of derde zijn niet groot. Het maakt niet veel uit.”
Uitdagingen met parc ferme en auto-instellingen
Een van de consistente klachten van andere leden van de paddock is parc ferme, dat wordt afgedwongen voorafgaand aan de kwalificatie op vrijdag, waardoor teams slechts één oefensessie hebben om hun auto in te stellen. “Dat is weer een van die dingen: de setup. Je zet het vast na de eerste oefensessie,” zei Verstappen. “Als je het mis hebt, zit je vast in die auto-instelling voor de rest van het weekend. Dat is vervelend. Dat is ons vorig jaar in Brazilië overkomen. Dit jaar hadden we een paar goede sprintweekends. Desalniettemin was ik niet helemaal tevreden.
Met de bodemvrijheid in Austin, bijvoorbeeld. Mercedes en Ferrari hebben hun auto’s zeker niet met opzet te laag ingesteld. Maar als je eenmaal op het verkeerde spoor zit, kun je er niet vanaf komen. Je kunt alleen reageren met de bandenspanning. En als de bandenspanning hoog is, ben je helemaal verloren. Dat is vervelend. Als je sprints wilt blijven houden, moet je vanuit mijn oogpunt veranderingen aanbrengen.”
