James Vowles erkent dat de prestaties van Williams tijdens de openingsrondes niet voldeden aan de verwachtingen. De testdagen in Bahrein verliepen nog positief, maar tijdens de raceweekenden viel alles uiteen.
Vowles gaf openlijk toe dat de afstelling niet goed genoeg was en dat het team strategisch steken liet vallen
“Als we Bahrein opnieuw mochten doen, zouden we dingen zeker anders aanpakken.”
De grootste verrassing voor Williams was het verschil tussen de test en de daadwerkelijke race.
Op exact hetzelfde circuit, met dezelfde bochten, zorgde een verandering in temperatuur ervoor dat de auto veranderde van ‘goed werkend’ naar ‘bijna onbestuurbaar’.
Dat verschil wijst volgens Vowles op een fundamenteel punt in de set-up die het team nog niet goed begrijpt. De data-analyse na afloop van Bahrein verliep intensief.
Sinds zondagavond zijn er onafgebroken meetings geweest om te achterhalen waar het misging. Het doel was niet om schuldigen aan te wijzen, maar om te achterhalen hoe de situatie binnen enkele dagen te verbeteren valt voor de volgende race in Saoedi-Arabië.
Vowles benadrukte dat dit juist een van de positieve kanten van Formule 1 is: teams krijgen elke week een nieuwe kans om zich te herstellen.
De fouten uit Bahrein kunnen dus meteen getoetst worden op een ander circuit, wat voor Williams essentieel is in deze fase van het seizoen.
Strategie en bandenslijtage als terugkerend pijnpunt
Zowel in Japan als in Bahrein koos Williams voor een langere eerste stint, maar die keuze pakte niet goed uit.
In Japan ging men uit van een tweestop-strategie bij de concurrentie, terwijl het daadwerkelijke degradatieniveau veel lager bleek dan verwacht.
Hierdoor was de Williams-auto uiteindelijk niet opgewassen tegen auto’s die wél op het juiste moment stopten.
“In Japan was de degradatie op de tweede stint vrijwel nul, en dat had invloed op het hele strategische plaatje.”
In Bahrein was het verschil in strategie subtieler. Volgens de berekeningen was de optimale tweestop-strategie slechts één ronde korter dan de strategie die Williams toepaste.
Toch viel het plan in duigen toen een safety car de race beïnvloedde. Die neutralisatie hielp andere teams aan een voordeel, terwijl Williams zijn strategie niet meer kon uitspelen zoals gepland.
Alex Albon werd het slachtoffer van een rommelige kwalificatie, waarin hij gehinderd werd door een late beslissing rondom de geschrapte ronde van Nico Hülkenberg.
Hierdoor kwam hij Q2 niet in en moest hij de race aanvangen vanuit een minder gunstige positie. Ook Carlos Sainz verloor kostbare seconden door een incident met Tsunoda, waarbij volgens Vowles de fout grotendeels bij de Japanner lag.
“Carlos dook diep de bocht in, maar Tsunoda verloor de controle. Mijn mening is dat het incident voor zo’n 60 tot 70 procent bij Tsunoda lag.”
Vowles gaf aan dat het team sterk inzet op post-race analyse met beide coureurs in de kamer.
Daarbij wordt de volledige race doorgelopen, van teamradio tot strategiebeslissingen, zodat men begrijpt wat gezegd werd, wat bedoeld werd en hoe de boodschap overkwam.
De omstandigheden tijdens een race vragen volgens Vowles om scherpe, beknopte communicatie. Coureurs hebben een beperkt zichtveld en baseren hun feedback vaak op gevoel.
Het is dan aan het team om de bredere context mee te geven in zo min mogelijk woorden.
“De coureur ziet 500 meter voor zich en een paar meter in de spiegels. De rest is aan ons.”
Albon eindigde net buiten de punten, maar zonder safety car had de alternatieve strategie — hard beginnen en op soft eindigen — mogelijk gewerkt.
Zijn tempo op de harde band was sterk genoeg om het gat naar de auto’s voor hem te dichten, al was het verschil met directe concurrenten als Haas en Alpine op het gebied van degradatie nog te groot.
Analyse van balansproblemen en temperatuureffecten
Tijdens de testdagen leek de balans van de auto solide, maar op racedag veranderde dat totaal. De enige meetbare variabele die anders was, bleek de temperatuur.
Daardoor verschoof de balans en kreeg de auto een nerveus karakter, wat leidde tot veel slijtage en moeilijk controleerbaar gedrag voor de coureurs.
“De balans die we in de test hadden, was volledig anders dan in de race. En daarin ligt de sleutel.”
Deze abrupte verandering stelt het team voor een duidelijk vraagstuk: hoe voorkom je dat een schijnbaar stabiele auto zich volledig anders gedraagt bij een kleine temperatuurwijziging?
Dat is precies waar de engineers zich nu op richten richting Jeddah. De focus ligt daarbij niet alleen op mechanische afstelling, maar ook op bandentemperatuur, balansverdeling en aerodynamische consistentie.
De wetenschap dat Carlos Sainz een stap heeft gezet en Albon structureel op hoog niveau presteert, helpt het team om de variabelen helder te scheiden en gericht te optimaliseren.
Het team mikt op twee auto’s in Q3 in Jeddah. Volgens Vowles is het tempo van de auto sterk genoeg, maar is het verschil tussen plek 7 en plek 13 in de kwalificatie zó klein dat elke fout fataal is.
De sleutel ligt in de bandenafstelling, die wederom ‘op het randje’ zal zijn qua temperatuur en slijtage.
“Onze bedoeling is dat beide auto’s Q3 halen in Jeddah. Maar het verschil tussen P8 en P13 is nu een tiende.”
Albon en Sainz zijn volgens hem in staat om dat potentieel te benutten, mits het team een foutloos weekend draait. In Bahrein werd die kans gemist door verkeerde timing, onduidelijke communicatie en afstelling die niet meewerkte.