Een kampioenschap vieren is mooi, maar voor Zak Brown voelt het eerder als een tussenstop dan als een eindbestemming. De McLaren-CEO laat er geen twijfel over bestaan: zijn doelen liggen een stuk hoger. En hij is nog lang niet klaar.
Sinds zijn aantreden als CEO van McLaren Racing in 2018 heeft Brown het team opnieuw op de kaart gezet. Vorig jaar pakte McLaren de Formule 1-constructeurstitel – voor het eerst sinds 1998. Een prestatie van formaat, maar volgens Brown slechts een eerste stap op weg naar een bredere, ambitieuzere erelijst.
De ambitie spat er vanaf. Brown wil met McLaren niet alleen titels pakken in de Formule 1, maar ook in IndyCar, de 24 uur van Le Mans én het World Endurance Championship. En het liefst allemaal tegelijk, en daarna opnieuw.
“Ik heb het gevoel dat we op koers liggen. Maar ons ultieme doel is om de Indy 500 te winnen, de IndyCar-titel te pakken, zowel de F1-constructeurs- als coureurstitel te behalen, Le Mans te winnen én de WEC-titel. En daarna willen we het nóg eens doen.”
Tot nu toe heeft McLaren slechts één van die doelen afgevinkt: de Formule 1-constructeurstitel. In alle andere klassen is er nog werk aan de winkel – soms letterlijk.
In de IndyCar-serie staat McLaren momenteel tweede en vijfde in het kampioenschap, maar dat is nog geen garantie voor eremetaal. En Le Mans? Dat blijft voorlopig toekomstmuziek.
IndyCar blijft een taaie kluif
Brown erkent dat de weg naar succes in IndyCar lang en hobbelig is. Hoewel het team meedraait in de top, blijft de echte doorbraak uit. McLaren was al meerdere keren dicht bij een zege in de Indy 500, maar telkens glipte de winst net weg. Toch ziet Brown duidelijke vooruitgang.
“We hebben een goede reeks achter de rug,” zei hij. “Ik heb in al die jaren nog nooit iemand zo domineren als Alex Palou nu doet. Maar wij zitten ook goed. We hebben net de sleutels van onze nieuwe werkplaats gekregen en het team groeit stevig.”
De overwinning van Pato O’Ward in Toronto – vlak na Browns interview – was dan ook een welkome opsteker. Brown was erbij en zag het live gebeuren. De puzzelstukjes lijken langzaam op hun plek te vallen.
Een belangrijk deel van McLarens groei zit niet alleen in de auto’s of coureurs, maar in de organisatie eromheen. Brown noemt specifiek de nieuwe werkplaats, senior aanstellingen én het raceteam onder leiding van Tony Kanaan en Kevin Thimjon als sleutelfactoren voor de toekomst.
“Ik zie veel goede dingen. We zijn nog jong als team, maar met de juiste mensen op de juiste plekken gaan we vooruit. We moeten nu de ruimte hebben om écht te bouwen.”
McLaren investeert dus stevig in de toekomst, met een duidelijk langetermijnplan. De focus ligt daarbij niet op snelle successen, maar op duurzame topresultaten in meerdere disciplines. Brown wil niet alleen meedoen, hij wil domineren.
Waar veel teams stoppen na een titel, begint het bij McLaren pas echt. De woorden van Brown zijn helder: wie denkt dat één kampioenschap genoeg is, begrijpt zijn visie niet. De lijst met doelen is lang, en elk vinkje telt. Maar pas als alle hokjes zijn afgevinkt – én opnieuw – is de missie geslaagd.
“We zijn op weg, maar er ligt nog veel werk. Veel onafgemaakte zaken.”
De vraag is niet óf McLaren gaat winnen, maar hoeveel en hoe vaak. Want voor Zak Brown is winnen geen eindpunt. Het is slechts het begin van de volgende ronde.