Terwijl de meeste Formule 1-teams hun ontwikkeling voor het seizoen 2025 hebben stilgelegd om zich volledig te richten op de nieuwe regels van 2026, vaart Red Bull Racing een totaal andere koers.
Het team van Max Verstappen blijft de RB21 verbeteren — en met succes. In de laatste vijf Grands Prix won Red Bull er drie, meer dan in de eerste vijftien races samen. Toch leidde die aanpak tot gefronste wenkbrauwen in de paddock.
Critici vragen zich af of de extra focus op de huidige auto niet ten koste gaat van het 2026-project. Teambaas Laurent Mekies maakt daar korte metten mee.
Na de Grand Prix van Mexico, waar Verstappen derde werd en zijn teamgenoot als elfde finishte, legde Mekies uit waarom Red Bull bewust blijft investeren in de RB21.
“We doen dit omdat we denken dat het voor ons — los van wat de anderen doen — een netto winst is. We valideren onze aanpakken, we kalibreren richting 2026. Als we dachten dat dit het zou schaden, zouden we het niet doen. We weten dat het iets kost, maar we vinden het de moeite waard.”
Volgens Mekies helpt de huidige ontwikkelingslijn het team juist om beter voorbereid te zijn op de grote veranderingen die volgend jaar komen, wanneer zowel het chassis als de powerunit fundamenteel worden aangepast.
De Fransman benadrukte dat het team bewust risico’s afweegt, maar gelooft dat het beter inzicht krijgt in de prestaties van zijn tools en methodes.
“Het is een prijs die we betalen, maar een redelijke. En één die ons in de toekomst sterker maakt.”
McLaren zet vraagtekens bij Red Bull
Niet iedereen deelt dat optimisme. Vooral McLaren, dat dit jaar kampioen werd bij de constructeurs, uitte openlijk zijn twijfels over Red Bulls strategie.
Andrea Stella meent dat het verder ontwikkelen van een oude auto de voorbereiding op 2026 onvermijdelijk vertraagt. Stella suggereerde zelfs dat Red Bull misschien weinig vertrouwen heeft in de eigen powerunit die volgend jaar debuteert.
Het team van Verstappen en Pérez stapt immers over op een volledig in-house ontwikkelde motor: de eerste Red Bull Powertrains in samenwerking met Ford.Die insinuatie werd door Red Bulls adviseur Helmut Marko direct van tafel geveegd.
“Dat is onzin. We hebben dit eerder gedaan. In 2021 hebben we de auto zwaar doorontwikkeld tot het einde — en in 2022, bij een compleet nieuw reglement, waren we meteen competitief. Verstappen won toen zijn tweede titel.”
Marko’s verwijzing naar 2021-2022 is geen toeval. Ook toen zette Red Bull alles op alles om Verstappen zijn eerste wereldtitel te bezorgen, terwijl de rest van de teams hun focus al verlegde naar de nieuwe aerodynamische regels.
Het resultaat was duidelijk: Red Bull bleef competitief toen de grondeffectauto’s in 2022 hun intrede deden, en Verstappen domineerde sindsdien drie opeenvolgende seizoenen.
Mekies deelt die filosofie volledig. Hij benadrukte dat de recente upgrades vooral bedoeld waren om beter te begrijpen waarom Red Bull in het midden van het seizoen achterliep op McLaren.
“De reden dat we deze auto bleven doorontwikkelen, heeft niets met 2026 te maken. We waren simpelweg niet tevreden. Als we de bladzijde hadden omgeslagen terwijl we nog zoveel vragen hadden, waren we met twijfel en giswerk 2026 ingegaan.”
Upgrades met een doel
Volgens Mekies draaide het bij de verbeteringen sinds Monza om leren en kalibreren, niet om punten.
“We hebben besloten iets meer te investeren in deze auto. We wilden begrijpen wat niet werkte, en dat unlocken. Die aanpak heeft ons extra prestaties én vertrouwen gegeven in onze tools, methodes en denkwijzen richting 2026.”
De upgrades, waaronder een nieuwe vloer die in Mexico zijn debuut maakte, blijken hun nut te hebben bewezen.
Verstappen pakte drie zeges in vijf races, waarmee Red Bull opnieuw bovenaan de snelheidslijst stond — ondanks dat concurrenten hun ontwikkelingsprogramma’s al hadden stilgelegd. Mekies benadrukte nogmaals dat het niets te maken heeft met de prestaties van de powerunit.
“Er is natuurlijk nog genoeg tijd en energie over voor 2026, maar dat is de reden achter onze keuzes. Het heeft niets te maken met de motorprestaties.”
Terwijl de meeste teams vooruitkijken met voorzichtigheid, blijft Red Bull doen wat het altijd doet: leren, verbeteren, doorzetten. De balans tussen risico en voordeel lijkt opnieuw in hun voordeel uit te vallen.
In plaats van te vrezen dat de 2026-auto daaronder lijdt, gelooft Mekies dat elk stukje extra data de toekomst juist steviger maakt. Zijn woorden klinken bijna uitdagend: Red Bull offert niets op — het legt alleen de lat hoger.
Met die overtuiging, en met Verstappen alweer drie overwinningen verder sinds Monza, lijkt het Oostenrijkse team opnieuw een stap voor te hebben op de rest. En dat, zoals Mekies het samenvatte, “is precies waarom we het doen.”
