Carlos Sainz reageerde deze week nuchter op de tegenvallende start van Lewis Hamilton bij Ferrari.
Volgens de Spanjaard, die zelf onlangs de overstap maakte naar Williams, zijn de problemen van Hamilton volkomen logisch. Beide coureurs zitten midden in een leerproces met hun nieuwe teams.
“Ik ben helemaal niet verrast. In deze sport zijn er geen geheimen.”
Volgens Sainz draait het bij teamwissels om het begrijpen van duizenden kleine details.
De coureurs waar je het tegen opneemt, zoals Charles Leclerc bij Ferrari en Alex Albon bij Williams, kennen het team, de auto en alle bijbehorende processen tot in de puntjes. Tegen zulke teamgenoten is er volgens Sainz geen ruimte voor magische tijdswinst.
Geen ruimte voor shortcuts in aanpassingsperiode
Sainz legt uit dat wie nieuw binnenkomt bij een team niet zomaar drie tienden per ronde sneller kan zijn dan iemand die al jaren met de auto rijdt. Volgens hem is het volkomen normaal dat Hamilton tijd nodig heeft om aansluiting te vinden.
“Wanneer je overstapt naar een nieuw team en je verwacht dat je direct op hetzelfde niveau presteert als je teamgenoot, weet je dat het tijd kost.”
Voor hem persoonlijk kan het wel een half seizoen duren voordat hij alles aan een nieuwe auto volledig begrijpt.
Hij benadrukt dat dit geen excuus is, maar een realistische weergave van de situatie. Zelfs als je al presteert op 97% van je kunnen, is die resterende 3% cruciaal voor de echte topprestaties.
Een belangrijk element dat de overstap moeilijker maakt, zijn de huidige Formule 1-auto’s met grondeffect. Volgens Sainz zijn die auto’s gevoeliger voor één specifieke rijstijl dan de auto’s van bijvoorbeeld 2021.
“Tegenwoordig moet je ze op een heel specifieke manier rijden om snel te zijn.”
Hij zegt dat vroegere auto’s meerdere rijstijlen toestonden om rondetijden te benaderen.
Nu moet een coureur exact begrijpen welke inputs de auto nodig heeft, anders is topvorm niet haalbaar. Dit geldt ook voor Hamilton, die gewend was aan een compleet ander type auto bij Mercedes.
Technische gewoontes verschillen per team
Hamilton gaf zelf al aan moeite te hebben met het afremmen via de motor, een techniek die Ferrari wel toepast, maar Mercedes niet.
Volgens Sainz is dat slechts één van de vijftien tot twintig elementen waarin teams van elkaar verschillen. Hij somt voorbeelden op zoals:
- Verschillen in differentieelinstellingen
- Voorkeur voor mechanische of aerodynamische grip
- Rembalans en pitch-afstelling
- Gebruik van setup om extra instuurgedrag te creëren
“Je kunt je niet voorstellen hoeveel variatie er is om tot eenzelfde rondetijd te komen.”
Elke coureur moet testen, aanpassen, fouten maken en evalueren. Sainz vindt juist die zoektocht interessant, maar benadrukt dat je regelmatig mis zit voordat het ‘klikt’.
Ondanks zijn moeizame aanpassing, wist Hamilton in China wel de sprint te winnen. Toch volgde daarna opnieuw een lastig raceweekend.
Sainz noemt het logisch dat Hamilton nog wisselende prestaties laat zien en benadrukt dat de eerste stappen vaak het lastigst zijn.
“Sommige dingen passen bij jouw stijl, andere niet. Die strijd en dat proces moet je accepteren.”
Volgens hem moet je de fouten onderweg omarmen en geduldig blijven zoeken naar dat moment waarop alles samenvalt.
Dan ontstaat er een soort ‘eureka’, een moment waarop auto en coureur één worden. Maar tot die tijd blijft het bouwen, analyseren en bijstellen.