Ferrari begon 2025 met grote beloften, maar halverwege het seizoen is duidelijk dat de radicale koerswijziging pijn heeft gedaan.
De komst van Lewis Hamilton moest een nieuw hoofdstuk openen, maar de combinatie van interne keuzes en een FIA-directieve over de voorvleugel heeft de Scuderia harder geraakt dan de concurrentie.
McLaren stevent af op een nieuwe titel, terwijl Ferrari tweede staat in het constructeurskampioenschap. Toch zegt die positie weinig: het gat bedraagt bijna 300 punten en is in tien races niet meer te dichten.
Voor Hamilton blijft het bovendien een frustrerend verhaal. Na veertien races wacht hij nog altijd op zijn eerste podium voor Ferrari.
Voor de start van het seizoen maakte teambaas Fred Vasseur duidelijk dat Ferrari bijna alles anders wilde doen. Slechts 1 procent van de auto van het jaar ervoor zou behouden blijven.
Dat was opmerkelijk, want met die oude auto kwam Ferrari in 2024 slechts veertien punten tekort op de constructeurstitel. Het nieuwe ontwerp moest Hamilton en Charles Leclerc in staat stellen direct voor overwinningen te vechten.
Maar de realiteit bleek weerbarstig. Vlak voor de zomerstop stond McLaren op 559 punten, Ferrari op 260. Het verschil laat zien hoe weinig de vernieuwde auto tot nu toe heeft opgeleverd.
De hoop binnen Ferrari is dat de wijzigingen aan de ophanging die dit jaar zijn ingevoerd, hun vruchten zullen afwerpen in 2026, wanneer de grote reglementswijzigingen ingaan. Maar tot die tijd blijft 2025 vooral een seizoen van overleven.
Het effect van FIA’s voorvleugel-test
Formule 1-expert Matthew Somerfield wees in de Missed Apex Podcast op één bepalende factor: de FIA-richtlijn rond de voorvleugelbuiging die bij de Spaanse Grand Prix werd ingevoerd. Volgens hem trof die regel Ferrari veel harder dan de meeste mensen beseffen.
“Ik denk dat Ferrari misschien wel meer geraakt werd dan de meeste mensen door de verandering van de voorvleugel-tests bij de Spaanse Grand Prix.”
Ferrari had net een groot ontwikkelingspakket gebracht in Bahrein, inclusief een nieuwe vloer. Die leverde niet het verwachte resultaat, maar het team hield vol omdat er meer potentieel in zou zitten dan in het oude ontwerp.
Daarnaast experimenteerden ze volop met verschillende achtervleugels om meer opties qua downforce te hebben. De aanscherping van de voorvleugeltests zorgde er echter voor dat veel van die ontwikkeling in één klap waardeloos werd.
Ferrari moest een compleet nieuwe vloer ontwerpen om de effecten te compenseren. Tegelijkertijd leidde dit tot wijzigingen aan de achterwielophanging, die weer niet de gehoopte resultaten brachten.
Somerfield schetste een patroon dat Ferrari dit seizoen parten speelt. Elke stap vooruit werd tenietgedaan door externe factoren of eigen keuzes.
De nieuwe vloer, de ophanging, een geheel nieuwe ondervloer en diffuser bij de Oostenrijkse Grand Prix: allemaal volgden ze elkaar op in een poging terrein te herwinnen dat vooral door de FIA-wijziging verloren ging.
“Het is een soort cyclische situatie bij Ferrari. Ze zijn qua performance niet echt opgeschoten. Ze verloren eerst wat en moesten dat weer terugwinnen door andere wijzigingen.”
Dat verklaart waarom Ferrari, ondanks talloze updates, niet dichter bij McLaren of Mercedes is gekomen. Terwijl andere teams hun ontwikkeling stap voor stap konden doorzetten, moest Ferrari telkens opnieuw beginnen.
Spanningen binnen het team
De regelwijziging en de moeizame ontwikkeling hebben ook hun weerslag op de coureurs. Hamilton, die bij de Spaanse Grand Prix nog voor Leclerc kwalificeerde, werd in de race teruggezet naar de zesde plaats nadat Nico Hülkenberg hem inhaalde.
Leclerc haalde wel het podium met P3, wat de onderlinge vergelijking pijnlijk maakt. Hamilton klaagde via de boordradio over de moeilijk te besturen auto, iets wat dit seizoen vaker is voorgekomen.
Het benadrukte dat Ferrari’s ontwerpkeuzes en de FIA-maatregelen de zevenvoudig wereldkampioen in een lastig parket hebben gebracht. Zijn overstap van Mercedes naar Ferrari, bedoeld als kans op verlossing, leverde tot nu toe alleen frustratie op.
De cijfers onderstrepen Ferrari’s situatie. In de constructeursstand staat Ferrari met 260 punten tweede, maar McLaren loopt ver voorop met 559. Mercedes volgt met 236, Red Bull met 194.
De Spaanse Grand Prix liet bovendien zien hoe klein de marges zijn. Leclerc koos voor racesnelheid en eindigde derde, terwijl Hamilton slechts acht punten pakte. Een halve tiende verschil in balans of remgevoel kan een heel weekend maken of breken, zo benadrukte ook Vasseur eerder dit jaar.
Met nog tien races te gaan is de realiteit hard: Ferrari zal McLaren niet meer inhalen. De hoop ligt volledig op de lessen van dit seizoen, maar voor Hamilton blijft de pijn van gemiste kansen voorlopig tastbaar.