Zes races, drie sprints en zestig punten achterstand. Max Verstappen heeft weinig marge, maar Red Bull weigert op te geven. Terwijl de meeste teams hun focus al verlegd hebben naar 2026, blijft Red Bull upgrades doorvoeren alsof het seizoen net begonnen is.
En niet zomaar kleine aanpassingen, maar een complete reeks verbeteringen aan de RB21. Het is een riskante gok, want elke nieuwe component kost tijd, geld en middelen die normaal naar het volgende project zouden gaan.
Toch is het team vastbesloten om Max alles te geven wat hij nodig heeft om Oscar Piastri’s voorsprong nog in te halen. Normaal gesproken zien we grote updates rond de Grand Prix van de Verenigde Staten in Austin.
Daarna is het vooral afronden, data verzamelen en voorbereiden op volgend jaar. Maar Red Bull heeft dat draaiboek weggegooid. Sinds de Grand Prix van Oostenrijk heeft het team bij élk raceweekend iets nieuws meegebracht.
Niet één keer, niet twee keer, maar onafgebroken. Andere teams – Ferrari, McLaren, Mercedes – hebben regelmatig weken overgeslagen. Red Bull niet. In Oostenrijk kwam er een aanpassing aan de vloer.
In Silverstone volgde een nieuw front wing en een herziening van de vloerstructuur. Spa was nóg groter: nieuwe voorwielophanging, aangepaste sidepod-inlaten, een vernieuwde engine cover en zelfs een andere ophangingsspecificatie.
In Hongarije kwam er alweer een nieuwe voorvleugel en aanpassingen aan de remkanalen. Daarna volgde Zandvoort, Monza, Baku en Singapore — en bij élk van die races werd minstens één nieuw onderdeel getest. Van herprofielde engine covers tot opnieuw ontworpen voorvleugels; de lijst is eindeloos.
De prijs van succes
Red Bull’s technisch directeur Laurent Mekies liet na de Grand Prix van Singapore optekenen dat de updates hun vruchten afwerpen:
“We hebben een stap voorwaarts gezet en we weten dat er nog meer aankomt. Goed nieuws dus.”
Zijn woorden gaven Verstappen-fans hoop. Want Singapore was lange tijd een nachtmerrie voor het team — en toch eindigde Max daar als tweede, na een rechtstreeks gevecht met George Russell.
McLaren werd voor het eerst dit seizoen verslagen op een hoog-downforcecircuit, en dat zegt veel. Zelfs Andrea Stella, teambaas van McLaren, gaf toe dat Red Bull eindelijk grip krijgt op de zwakke plekken van de RB21. De constante stroom aan updates lijkt zijn werk te doen.
Maar die vooruitgang heeft een prijs. De focus op het huidige seizoen betekent dat er minder middelen overblijven voor het 2026-project — een jaar waarin Formule 1 zijn grootste reglementwijziging in decennia tegemoet gaat.
Nieuwe motorformules, compleet andere aerodynamica en lichtere auto’s: alles verandert. Ondanks dat hij geen derde overwinning op rij pakte in Singapore, was Verstappen het hele weekend de grootste bedreiging voor Russell.
En dat terwijl de Nederlander kampte met problemen bij het terugschakelen. Toch scoorde hij zes punten meer dan Piastri. Dat verschil lijkt klein, maar het geeft aan dat Red Bull terrein wint.
Als het tempo van de updates aanhoudt, kan Verstappen in de resterende races opnieuw de favoriet worden. Het geheim ligt in de voorvleugelontwikkeling.
Red Bull brengt bijna elk weekend een nieuw ontwerp, waarbij het team experimenteert met de luchtstromen rond de voorzijde van de auto. Dat bepaalt hoe de rest van de luchtstroom – en dus de balans – zich gedraagt.
Volgens insiders is dit de reden waarom de RB21 steeds consistenter wordt. Minder overstuur, meer stabiliteit in langzame bochten en beter bandenbeheer. Kleine verschillen, maar in Formule 1 zijn dat de marges tussen tweede en eerste.
De comeback van de eeuw?
Mekies weet dat het risico groot is. Elke euro en elke windtunneluur die nu in de RB21 gaat, is er één minder voor de volgende generatie. Maar de gok is berekend.
Red Bull wil niet alleen races winnen — ze willen het proces zelf perfectioneren. Door nu onderdelen te testen, verzamelen ze waardevolle data die later het fundament kan worden voor de RB22 en de RB23. Zelfs als de updates dit seizoen niet allemaal perfect werken, leren ze ervan.
Tegelijkertijd helpt het Max gemotiveerd te blijven. Hij heeft al gezegd dat hij “nog lang niet klaar” is met deze auto, en de voortdurende verbeteringen houden hem scherp. Elke race waarin hij iets nieuws mag proberen, vergroot zijn betrokkenheid bij het project.
“Als Max zich volledig inzet, neemt het hele team zijn energie over.”
En dat effect is zichtbaar. Zelfs bij circuits waar Red Bull traditioneel zwak was, zoals Singapore, rijdt Verstappen weer aan de top. Dat Red Bull nog steeds onderdelen produceert, wijst erop dat het team vertrouwt op zijn eigen ontwikkelingssnelheid.
Waar andere teams hun productie stilleggen om zich te richten op het nieuwe reglement, gebruikt Red Bull deze maanden om elk proces te verfijnen.
Volgens Mekies is het doel niet alleen prestaties vinden, maar ook leren hoe ze die sneller kunnen vinden. Dat is cruciaal voor de toekomst, zeker met de komst van Red Bull Powertrains en de samenwerking met Ford.
Als de fabriek nu een onderdeel kan ontwikkelen, testen en implementeren binnen weken, dan ligt er straks een voorsprong klaar zodra de 2026-regels in werking treden.
Met nog zes races te gaan, komt Red Bull’s volgende updatepakket eraan. Bronnen binnen het team spreken over “meer dan één nieuwe vleugel” en “significante aanpassingen aan de vloer”. Alles is gericht op één doel: Max de kans geven om het gat met Piastri te dichten.
McLaren lijkt zijn momentum kwijt, terwijl Mercedes juist sterker wordt met zijn flexibele voorvleugelconcept. Het strijdtoneel verschuift, en Red Bull wil daar bovenop zitten.
Als de ontwikkelingstempo’s gelijk blijven, kan Verstappen nog meerdere overwinningen pakken – en dat zou de titelstrijd plots weer openbreken. Het team weet dat dit alles niet zonder risico is. Elke upgrade die mislukt, kost kostbare tijd. Maar zoals Mekies zei:
“Het is beter om te leren door te proberen, dan om stil te staan.”