Aston Martin komt moeilijk op gang in het Formule 1-seizoen van 2025. De Britse formatie verzamelde in de eerste vier races slechts tien punten, en het lijkt steeds duidelijker waarom.
De voorbereiding op het nieuwe technische tijdperk in 2026 eist nu al zijn tol op het huidige kampioenschap.
De combinatie van lopende upgrades, het in huis ontwikkelen van een versnellingsbak, en het afstemmen op de nieuwe Honda-powerunit voor 2026 zorgt voor een zware last op het team.
Volgens Mike Krack, verantwoordelijk voor de prestaties aan het circuit, is het lastig om prioriteiten te stellen.
“We zitten in een bijzondere situatie. We stappen over naar een andere powerunit en maken vanaf 2026 onze eigen versnellingsbak. Dat helpt nu allemaal niet.”
Geen ruimte voor fouten onder budgetplafond
Sinds de overstap naar het budgetplafond moeten teams zoals Aston Martin zuiniger omgaan met ontwikkelingsbudget. Elk project, hoe klein ook, moet zorgvuldig worden gewogen tegen de potentiële winst op korte én lange termijn.
In dat spanningsveld heeft het team moeite om de juiste balans te vinden tussen focus op 2025 en voorbereiding op 2026.
Krack benadrukt dat de nieuwe regels voor 2026 onvermijdelijk een rol spelen in het huidige seizoen. Er zijn volgens hem nog races te rijden met de huidige regelgeving, maar de focus op de toekomst maakt het moeilijker om in het nu te verbeteren.
“We zijn nog bezig met ontwikkeling. Als iets klaar is, brengen we het, maar het is geen simpele situatie.”
Het contrast met twee jaar geleden is groot. In 2023 stond Fernando Alonso regelmatig op het podium en leek zijn 33e overwinning een kwestie van tijd. In 2025 heeft hij nog geen punt gescoord.
Lance Stroll wist met een zesde plaats zijn beste resultaat van het jaar te behalen, maar dat blijft vooralsnog een uitzondering.
De Britse renstal, die in 2026 overstapt naar Honda als powerunitleverancier, was tot nu toe afhankelijk van klantmotoren van Mercedes. Die langdurige samenwerking dateert al van 2009, toen het team nog Force India heette.
De overstap naar een volledig eigen aandrijflijn brengt grote veranderingen met zich mee, en dat wordt gevoeld in het huidige ontwikkeltraject.
Druk neemt toe door Alpine en de rest van de middenmoot
Niet alleen de technische kant speelt Aston Martin parten. Ook sportief gezien neemt de druk toe. Concurrent Alpine wist tijdens het laatste raceweekend met Pierre Gasly maar liefst tien punten te scoren.
Daardoor wordt het gevecht om de middenmoot nog intenser. Krack beseft dat zijn team snel moet reageren om niet verder achterop te raken.
“We moeten hier zo snel mogelijk uitkomen,” stelt hij onomwonden.
Een belangrijk deel van de huidige druk komt voort uit de beslissing om vanaf 2026 zelf de versnellingsbak te ontwikkelen. Tot nu toe was dat de verantwoordelijkheid van Mercedes.
Die stap vraagt niet alleen om extra technologische kennis, maar ook om extra inzet van budget en personeel. Terwijl andere teams zich volledig richten op de auto van dit seizoen, moet Aston Martin dus op twee fronten tegelijk opereren.
Deze dubbele focus zorgt ervoor dat updates langzamer worden uitgerold. En dat terwijl de AMR25, zoals de auto van dit seizoen heet, zichtbaar snelheid tekortkomt op circuits waar downforce en balans cruciaal zijn.
De combinatie van ambities voor de lange termijn en de teleurstellende korte termijnresultaten brengt het team in een lastige positie.
Krack benadrukt dat er wel degelijk vooruitgang wordt geboekt, maar het tempo is niet genoeg om nu voor punten te strijden zoals gehoopt.
De technische staf van Aston Martin staat voor een moeilijke puzzel. Elk ontwikkeld onderdeel moet niet alleen passen bij het huidige concept, maar moet óók compatibel zijn met de richting waarin het team in 2026 wil gaan.
Dat zorgt voor besluiteloosheid en uitstel in de ontwikkeling van onderdelen die op korte termijn verschil kunnen maken.