De FIA heeft bevestigd dat het budgetplafond voor Cadillac van toepassing zal zijn vanaf het moment dat hun aanvraag voor de 2026 deelname is afgerond. Dit betekent dat Cadillac vanaf het begin gebonden zal zijn aan dezelfde financiële beperkingen als alle andere teams op de grid.
In 2024 was het budgetplafond vastgesteld op $145 miljoen (ongeveer €133 miljoen), exclusief kosten zoals coureursalarissen, marketinguitgaven, en trainingen.
Deze stap benadrukt de intentie van de FIA om een eerlijke en competitieve omgeving te behouden, zelfs voor nieuwkomers zoals Cadillac, dat pas over veertien maanden zijn eerste auto op de grid zal hebben staan. Het proces rondom de toelating van Cadillac wordt naar verwachting vóór de start van het 2025-seizoen afgerond.
“Het budgetplafond geldt vanaf het moment dat de aanvraag voor het seizoen 2026 is afgerond.”– FIA, volgens rapport van Auto Motor und Sport
Na het mislukken van Andretti’s poging om als 11e team toe te treden tot de Formule 1, nam General Motors het initiatief over. Via hun merk Cadillac wisten ze een overeenkomst te bereiken om vanaf 2026 op de grid te staan.
Dit is de terugkeer van elf teams in de sport, iets wat sinds 2016 niet meer is voorgekomen. Het Amerikaanse merk zal in de eerste twee seizoenen gebruik maken van Ferrari-powerunits, waarna ze vanaf 2028 hun eigen powerunit willen ontwikkelen.
De overname van Andretti’s aanvraag biedt Cadillac niet alleen een kans om de Formule 1 te betreden, maar versterkt ook de Amerikaanse aanwezigheid in de sport. De aanstelling van Graeme Lowdon als teambaas en Mario Andretti als directeur onderstreept de ambitie en voorbereiding van het team.
Belangrijke obstakels en documentatie
Hoewel de plannen van Cadillac vergevorderd zijn, blijft er één belangrijke horde: de FIA heeft de inschrijving voor het 2026-seizoen nog niet officieel goedgekeurd. Volgens een rapport beoordeelt de FIA op dit moment de documentatie en gegevens die door Cadillac zijn aangeleverd.
Zodra deze fase is afgerond, kan het team zich volledig richten op essentiële aspecten zoals coureursselectie en operationele voorbereidingen.
Een belangrijke vraag voor Cadillac is wie hun twee coureurs zullen zijn. Andretti heeft aangegeven een Amerikaanse coureur in het team te willen hebben.
Colton Herta wordt gezien als een sterke kanshebber vanwege zijn nauwe banden met Andretti via de IndyCar. Herta’s gebrek aan superlicentiepunten kan echter een probleem vormen, wat zou kunnen leiden tot testsessies bij rivaliserende teams.
Andere namen die worden genoemd zijn Kyle Kirkwood, dankzij zijn solide prestaties in IndyCar, en Jak Crawford, die indruk zou kunnen maken in Formule 2. Daarnaast heeft Cadillac gesprekken gevoerd met Valtteri Bottas, terwijl ook Sergio Perez wordt overwogen vanwege zijn commerciële waarde in Noord-Amerika.
De rol van het budgetplafond in Cadillac’s strategie
Het budgetplafond zal een cruciale rol spelen in Cadillac’s debuutjaren. Met een limiet van $145 miljoen voor de ontwikkeling van auto’s en operationele kosten, zullen ze strategisch moeten investeren in technologie, infrastructuur en personeelswerving.
Omdat salarissen van coureurs en marketing niet binnen deze limiet vallen, biedt dit Cadillac ruimte om competitieve coureurs aan te trekken zonder hun budget voor auto-ontwikkeling te belasten.
Daarnaast kunnen de eerste twee seizoenen met Ferrari-powerunits Cadillac de kans bieden om hun middelen te richten op het bouwen van een competitieve infrastructuur en een ervaren team.
Vanaf 2028 zal Cadillac hun eigen powerunit ontwikkelen, een stap die hun onafhankelijkheid in de Formule 1 benadrukt. Tot die tijd biedt de samenwerking met Ferrari hen de mogelijkheid om ervaring op te doen in motorontwikkeling en prestaties.
Met hun debuut in 2026 heeft Cadillac nog ruim de tijd om hun positie binnen de Formule 1 te versterken, zowel qua technologie als qua coureursprestaties.