Fernando Alonso, coureur bij Aston Martin, heeft duidelijk gemaakt dat het team ontevreden moet zijn over de huidige prestaties.
Na een sterk begin van het seizoen, waarin Aston Martin nog als vijfde snelste team werd beschouwd, ziet Alonso het team nu terugzakken in een strijd met teams als Williams, Haas en RB. Alonso heeft aangegeven dat het onacceptabel is om achter deze teams te eindigen, zeker gezien de ambities van Aston Martin.
“Nu achter Williams, Haas en Toro Rosso staan, ik denk dat we de lat een beetje hoger moeten leggen. We moeten beter worden,” zei Alonso na de Grand Prix van Italië.
Met zijn elfde plaats in Monza, net buiten de punten, benadrukt Alonso dat Aston Martin op korte termijn verbeteringen moet doorvoeren om weer competitief te worden.
Aston Martin’s terugval
Aan het begin van het seizoen had Aston Martin zich comfortabel gepositioneerd tussen de topteams en de rest van het middenveld. Het team stond op een solide vijfde plek, niet ver achter Mercedes, maar ruim voor de teams daarachter.
Dit gaf hen een buffer in de constructeursstand, met 74 punten, 40 punten voor op RB. Toch is die voorsprong geen garantie voor blijvend succes. Zoals Alonso zelf benadrukte, heeft Aston Martin nu te maken met een strijd in het middenveld, waarbij ze concurrentie ondervinden van teams die eerder ver achter lagen.
De resultaten laten zien dat Aston Martin de afgelopen races moeite heeft om constant in de punten te eindigen. Waar ze eerder comfortabel voor het middenveld zaten, is er nu sprake van een regressie.
Dit wordt duidelijk door de prestaties van Alonso, die na de Italiaanse Grand Prix teleurgesteld was over zijn elfde plaats. Hij gaf aan dat het team snel upgrades nodig heeft om deze trend te keren.
Frustraties na Monza
Tijdens de Italiaanse Grand Prix in Monza was Alonso zichtbaar gefrustreerd over zijn race. Hoewel hij slechts één seconde verwijderd was van een puntenfinish, was het voor hem niet genoeg.
Hij gaf aan dat zijn inspanningen, ondanks het rijden op meer dan 100% van zijn capaciteit, slechts een elfde plaats opleverden. Dit geeft volgens hem aan dat Aston Martin meer moet doen om te blijven concurreren met de topteams.
“Ik was blij met de auto en pushte misschien meer dan 100%, en dat leverde P11 op. Dus ja, teleurgesteld daarover,” zei Alonso.
Dit soort resultaten zijn, volgens Alonso, niet toereikend voor een team met de ambities van Aston Martin. Hij benadrukte dat het team moet blijven werken aan verbeteringen om weer in de top vier mee te doen.
De noodzaak van upgrades om mee te strijden
Alonso’s boodschap is helder: zonder significante upgrades aan de auto zal Aston Martin het moeilijk blijven hebben. De resultaten in Monza, Zandvoort, Spa en Hongarije laten volgens hem geen significante verbetering zien.
De verwachting is dat de races in Baku, Singapore en Austin ook niet veel anders zullen zijn zonder nieuwe onderdelen. Het team werkt hard om deze upgrades te realiseren, maar het zal tijd kosten.
Een analyse van de recente races laat zien dat Aston Martin keer op keer net buiten de punten valt, met bijvoorbeeld slechts één punt in de vorige raceweekenden en bijna twee punten in Monza. Dit benadrukt het belang van technologische verbeteringen om weer echt mee te strijden in de top.
Race | Alonso’s Positie | Behaalde Punten |
---|---|---|
Monza | 11 | 0 |
Zandvoort | 9 | 1 |
Spa | 10 | 1 |
Hongarije | 8 | 2 |
De data laten duidelijk zien dat Aston Martin moeite heeft om in de punten te eindigen, met slechts enkele kleine successen in de afgelopen races. Dit bevestigt de noodzaak van een upgrade om de prestaties te verbeteren.