Bijna +5 g in de compressie van Eau Rouge, gevolgd door een negatieve kracht van -3 g op Raidillon — het zijn krachten die je op geen enkel ander circuit ziet.
Spa-Francorchamps is geen gewoon circuit; het is een fysiek en technisch beest dat alles vergt van een Formule 1-auto. En dat begint bij de afstelling. Hier lees je hoe hoogteverschillen de afstelling van F1-auto’s op Spa beïnvloeden — met concrete cijfers, technische inzichten en praktijkvoorbeelden van engineers.
De hoogteverschillen op Spa zijn geen detail, maar bepalend voor hoe een F1-auto zich gedraagt. Op sommige punten stijgt of daalt het asfalt zo snel dat de aerodynamische belasting volledig omslaat.
Neem de compressie onderaan Eau Rouge: daar wordt de auto met +5 g in het asfalt gedrukt, wat vraagt om een stevige ophanging én voldoende rijhoogte.
“Bij de compressie van Eau Rouge krijgt de auto bijna +5g te verwerken. Alle componenten worden naar beneden geduwd – elk onderdeel wordt positief belast.”
Dat is nodig, want als de auto te laag is, slaat de bodemplaat op het asfalt — met schade of diskwalificatie tot gevolg. Aan de top van Raidillon kan juist een kort moment van negatieve g-kracht ontstaan: de auto “licht” dan zelfs iets op.
Hierdoor kunnen vloeistoffen zoals olie en brandstof tijdelijk wegtrekken van hun pompen, wat gevolgen heeft voor motorprestaties en betrouwbaarheid.
De setup: harde cijfers, zachte ophanging
F1-auto’s worden op Spa afgesteld met een hogere achterkant dan gebruikelijk. Een veelgebruikte setup is 20 mm vooraan en 45 tot 48 mm achteraan. Zo krijgt de auto genoeg ruimte om de compressies en glooiingen te verwerken zonder onder de auto te slaan.
De ophanging zelf moet daarbij een balans vinden: niet te stug, anders stuitert de auto over de hobbels. Maar ook niet te zacht, want dan verliest de auto stabiliteit in snelle bochten als Pouhon en Blanchimont.
“De achterkant zetten teams hoger dan normaal, tot 48 mm, om te zorgen dat de auto niet doorslaat in de compressie bij Eau Rouge. Hierdoor behoud je tractie en stabiliteit als de ophanging maximaal wordt ingedrukt.”
Ook de rembalans verschuift iets meer naar achteren dan op circuits met vlak profiel. Dat komt doordat je op Spa veel snelheid meeneemt uit afdalingen en de voorkant sneller blokkeert op hobbelige zones. Een balans van 54% naar voren wordt als ideaal beschouwd.
In sector 1 draait alles om snelheid richting Les Combes. Hier wil je zo min mogelijk luchtweerstand, maar wél een stabiele achterkant bij het opkomen van Kemmel Straight. Sector 2, met bochten als Pouhon en Campus, vraagt juist om grip en stabiliteit: hier raken banden oververhit en wordt demping cruciaal.
De combinatie van snelle richtingswisselingen en extreme verticale belasting zorgt ervoor dat elk compromis telt. De anti-roll bars worden vaak relatief stevig ingesteld: rond de 18 vooraan en 15 achteraan. Daarmee behoud je controle, maar voorkom je dat de auto ‘overrolt’ in links-rechts-combinaties.
“Te stugge vering levert instabiliteit op over de vloeiingen van Spa. Je wilt een auto die de compressie op kan vangen zonder te stuiteren, maar niet zo zacht dat de auto gaat overhellen in snelle bochten als Pouhon.”
Motorprestaties en hybride balans op hoogte
Het hoogteverschil tussen La Source (start) en Les Combes (top) bedraagt ruim 100 meter. Dat heeft invloed op de luchtdichtheid. Bij Les Combes is de lucht ijler, wat leidt tot ongeveer 1% minder brandstofverbranding en dus iets minder motorvermogen.
Dat verschil lijkt klein, maar telt bij afstellingen. Teams passen het motormanagement aan om die verschillen op te vangen. Daarnaast wordt de inzet van hybride systemen zoals de MGU-K aangepast aan de klimmen en dalingen van het circuit: meer energieterugwinning bergaf, en optimale inzet bergop.
“Bij Les Combes, op het hoogste punt van het circuit, is de luchtdichtheid lager dan in de compressie na La Source. Resultaat: er wordt 1% minder brandstof verbrand.”
Sinds 2024 experimenteren teams met adaptieve ophanging die automatisch de rijhoogte aanpast per segment van het circuit. Vooral bij Spa, met zijn dynamische profiel, blijkt dit een waardevolle innovatie.
Daarnaast verandert het belang van energiemanagement. Omdat hybride systemen vanaf 2026 een grotere rol krijgen, worden data van circuits als Spa gebruikt om mappings te optimaliseren: wanneer regenereren, wanneer vermogen leveren.
“Een setup voor Spa betekent altijd compromissen: elke millimeter ride height telt in Eau Rouge – ga te laag, en je weekend kan in een fractie voorbij zijn.”
Ook bandendruk blijft een aandachtspunt. In 2025 rijden teams met zo hoog mogelijke bandenspanning: voor 29,5 psi en achter 26,5 psi. Dat biedt snelheid op de rechte stukken én stabiliteit in sector 2.