De frustratie van Christian Horner was voelbaar na de Grand Prix van Spanje, maar de reactie van Jonathan Wheatley kwam als een koude douche.
Terwijl Red Bull de FIA publiekelijk ter discussie stelt, kiest de voormalig teamgenoot van Horner juist de kant van de stewards. Christian Horner maakte zondagavond na de race geen geheim van zijn onvrede over het optreden van de wedstrijdleiding.
Max Verstappen kreeg een tijdstraf van tien seconden na een botsing met George Russell. Volgens Horner had dit incident voorkomen kunnen worden als de raceleiding sneller een duidelijke instructie had gegeven: positie teruggeven of niet.
“Ik denk dat het beter zou zijn als de wedstrijdleider gewoon zegt: geef het terug of ga door, aldus Horner. Nu moeten teams telkens gokken wat de stewards gaan beslissen.”
Red Bull dacht namelijk dat Verstappen Russell moest laten passeren na een eerder contact bij bocht 1. Max leek daaraan gehoor te geven, maar versnelde vervolgens bij bocht 5 en raakte alsnog de Mercedes.
Volgens het officiële rapport van de FIA was Russell uiteindelijk degene die de actie initieerde, waardoor een straf voor Verstappen niet strikt noodzakelijk was geweest.
Jonathan Wheatley pareert de kritiek van zijn oude team
Opvallend was dat juist Jonathan Wheatley, oud-sportief directeur van Red Bull en nu teambaas bij Sauber, de FIA openlijk in bescherming nam. Waar Horner sprak over verwarring en frustratie, had Wheatley vooral begrip voor de situatie waarin de stewards zich bevinden.
Hij benadrukte dat hij in zijn jaren bij Red Bull de complexiteit van racecontrole van dichtbij had leren kennen. Volgens hem hebben teams zélf voldoende middelen om situaties correct in te schatten en ligt de verantwoordelijkheid niet alleen bij de FIA.
“Ik heb negentien jaar gewerkt om te begrijpen hoe racecontrole werkt, zei Wheatley. Het is niet altijd zo simpel als het lijkt van buitenaf.”
Wheatley wijst er bovendien op dat teams professioneel genoeg zijn om zelf afwegingen te maken tijdens een race.
Volgens hem hebben alle teams, inclusief Red Bull, genoeg ervaring om te bepalen of ze een plek moeten teruggeven of niet. Het verwijten van de FIA zou dan ook wat makkelijk zijn.
Bij Sauber had men zelf een vergelijkbaar moment na bocht 1 bekeken, en op basis daarvan besloten geen actie te ondernemen. Volgens Wheatley toont dat aan dat zelfreflectie en oordeel nog altijd een cruciaal onderdeel zijn van racemanagement.
“Als wij ook maar enige twijfel hadden gehad, dan hadden we het anders aangepakt. Maar we waren overtuigd van onze positie.”
Stewarding is flink verbeterd
Tot slot uitte Wheatley zelfs lof over de manier waarop de FIA tegenwoordig omgaat met incidenten en straffen.
Hij erkent dat het nog steeds een proces is met ruimte voor verbetering, maar vindt dat de kritiek die Horner uitte geen recht doet aan de vooruitgang die is geboekt.
Zijn uitspraken vormen daarmee een opvallend contrast met de toon van Red Bull. Terwijl Horner sprak over onduidelijkheid en het moeten gokken wat er zou gebeuren, spreekt Wheatley juist van een gestage ontwikkeling in de kwaliteit van de wedstrijdleiding.
“Ik heb eerder al gezegd dat de stewarding er flink op vooruit is gegaan. De FIA doet het goed. Maar het blijft werk in uitvoering.”
De botsing tussen Verstappen en Russell op het asfalt lijkt inmiddels overschaduwd door een andere botsing: die tussen twee prominente figuren met een gedeeld verleden.
Horner en Wheatley werkten jarenlang samen, maar staan nu lijnrecht tegenover elkaar als het gaat om de rol van de FIA. Waar Horner openlijk twijfel zaait over het functioneren van de stewards, kiest Wheatley voor nuance en context.
En juist die tegenstelling werpt de vraag op of er breder in de paddock verschillend wordt gekeken naar de rol van autoriteit in de sport — een vraagstuk dat alleen maar luider wordt naarmate het seizoen vordert.