Silverstone bood kansen, regen, strategie en spektakel. Maar voor Ferrari draaide het uit op frustratie, verlies van tempo en een pijnlijk onderstreping van hun zwakke plek: onvoorspelbare omstandigheden. Wat begon met hoop en durf eindigde in strategisch geklungel en een auto die in geen enkele fase overtuigde.
Leclerc kwam niet verder dan P14, Hamilton redde nog een vijfde plaats, maar beide coureurs vertrokken met de bittere nasmaak van gemiste kansen. De SF25 liet ze opnieuw in de steek — op het moment dat het er echt om ging.
De race begon nog voor de lichten uitgingen met een gedurfde zet van Ferrari. Charles Leclerc besloot tijdens de opwarmronde over te stappen van intermediates naar slicks. Het leek een slimme gok: de baan droogde immers op. Maar het pakte compleet verkeerd uit.
Grote plassen op de baan en te weinig temperatuur in de slicks maakten het vrijwel onmogelijk om grip te vinden. Leclerc verloor in de openingsronde meteen tien plaatsen en kwam als vijftiende door. De gok leverde niets op — behalve een verloren uitgangspositie.
Ondertussen bleef Hamilton op intermediates, maar ook dat leverde geen winst op. De auto kreeg de banden niet op temperatuur, en terwijl Norris en Verstappen zich losmaakten aan de kop, verloor Ferrari langzaam maar zeker de aansluiting.
Een vroege safety car bracht nieuwe kansen, maar Ferrari greep ze niet. Het team hield Hamilton buiten in de hoop op nieuwe regen, die er pas veel later kwam. Het tempo van de Ferrari viel al op: Lewis reed zes seconden per ronde sneller dan Charles in de openingsfase.
SF25 worstelt opnieuw in wisselende omstandigheden
De SF25 bleek opnieuw een auto die zich moeilijk laat temmen. Zodra de omstandigheden veranderden, werd de Ferrari nerveus, onvoorspelbaar en traag. Bij Leclerc uitte dat zich in een spin bij Becketts, bij Hamilton in radioberichten vol frustratie.
De bandentemperaturen kwamen niet op niveau, en zelfs met nieuwe intermediates hadden beide coureurs moeite om te volgen. In de regen was de balans zoek, in de droge sectoren was het gripniveau simpelweg te laag.
“Dit ding is niet te besturen. Ik weet niet wat de achterkant gaat doen.” — Lewis Hamilton over de radio
De data toonde het al: Ferrari’s window waarin de SF25 presteert, is klein. Buiten die ideale omstandigheden wordt het worstelen. Het team kon niet rekenen op stabiliteit, noch in bochten noch in snelheid op rechte stukken. En dat brak ze keer op keer op.
Leclerc wist Yuki Tsunoda nog te passeren, maar verder bleef hij steken. De Monagask kwam zelfs Alexander Albon niet voorbij — een teken aan de wand.
Alsof de mislukte slick-gok bij de start nog niet genoeg was, waagde Ferrari in de slotfase opnieuw een strategische sprong. Met het opdrogen van het asfalt haalde het team Hamilton naar binnen voor softs. De hoop: een undercut en misschien zelfs podium.
De realiteit: een blokkerend wiel in bocht 1, een fout in Becketts, en direct acht seconden verlies. De keuze bleek te vroeg én te agressief. Leclerc volgde enkele ronden later en maakte exact dezelfde fout. Tweemaal naast de baan, verlies van grip, en het einde van zijn race.
“We hadden gewoon geen rust aan de pitmuur. Alles voelde alsof het met natte vingerwerk werd beslist.” — Charles Leclerc na afloop
De gok leverde niets op, behalve tijdverlies. Terwijl concurrenten als Hülkenberg, Stroll en zelfs Russell constanter bleven rijden, verloor Ferrari met elke pitstop waardevolle seconden — en posities.
Hamilton breekt recordreeks, Leclerc kijkt naar de vloer
Voor Lewis Hamilton betekende deze race het einde van een indrukwekkende reeks: elf opeenvolgende podiums in Silverstone. Dit jaar: P5. Het zegt alles over de toestand van de SF25 in 2025.
Hamilton reed in de laatste ronden nog wel de snelste sectoren, maar het was te laat. De achterstand op Hülkenberg was opgelopen tot meer dan tien seconden. Ondanks zijn ervaring en inzet viel er niets meer te redden.
Leclerc, intussen, moest toezien hoe zelfs zijn oud-teamgenoot Sainz hem niet echt vreesde. Pas na meerdere ronden kreeg hij hem te pakken, maar dat leverde nauwelijks op. De kloof met de top-10 bleef zichtbaar — en onoverbrugbaar.
Ferrari’s nieuwe vloer, sinds Oostenrijk, zou moeten helpen in de regen. Maar op Silverstone bleek het tegenovergestelde. De balans verschoof per sector, grip was er alleen in flarden en het bandengebruik bleef extreem lastig in te schatten.
Wat een kans leek om mee te doen om de podiumplekken, draaide uit op een hard gelag. Ferrari miste rust, overzicht en vooral een auto die zich aanpast. In wisselende omstandigheden werd de SF25 wéér ontmaskerd als een fragiele machine met een smalle comfortzone.
De coureurs deden wat ze konden. Hamilton vocht, Leclerc gokte. Maar als de strategie faalt en de auto weigert mee te werken, blijft er weinig over.
Silverstone had het decor kunnen zijn van een wederopstanding. In plaats daarvan werd het een bevestiging van alles wat bij Ferrari nog niet klopt. Te weinig grip, te veel fouten, te weinig snelheid als het erop aankomt. Het is een patroon dat zich blijft herhalen — en dat dit weekend pijnlijk duidelijk werd.