Terwijl McLaren de constructeurstitel voor 2025 allang in de zak heeft, speelt zich iets veel interessanters af daarachter. Vier teams, gescheiden door slechts twaalf punten, vechten om een verschil in prijzengeld van bijna 30 miljoen dollar.
In een seizoen waar elke tiende telt, kan één goed weekend miljoenen opleveren — of kosten. Deze strijd draait niet om kampioenschappen, maar om overleven.
Voor teams als Haas, Aston Martin, Sauber en Racing Bulls betekent één plek winst in het constructeurskampioenschap meer dan prestige: het bepaalt hun budget, hun toekomst, en zelfs hun coureurskeuzes.
De wederopstanding van Haas vormt de kern van deze strijd. Wat begon als een team dat hopeloos achteraan bungelde bij de seizoensstart, is getransformeerd tot een ploeg die structureel meedoet in het middenveld.
Voor teambaas Ayao Komatsu is dat geen toeval, maar het resultaat van een mentaliteitsverandering. Na weken waarin het team “punten lekte aan alle kanten”, zoals hij het zelf omschreef, heeft Haas eindelijk geleerd de rust te bewaren.
“We probeerden te veel te forceren. We jaagden te hard op resultaten in plaats van ze te verdienen.”
Die omslag betaalde zich uit in Mexico, waar Oliver Bearman met een indrukwekkende vierde plaats zijn beste resultaat ooit neerzette. Het was zijn derde race op rij in de punten en het bewijs dat zowel hij als het team hun fouten achter zich laten.
Bearman zelf rijdt met meer zelfbeheersing, zegt Komatsu. “Hij weet nu precies hoe ver hij kan gaan. En dat is precies wat het team nodig had.”
Racing Bulls: snel, maar wankel
Racing Bulls leidt het groepje van vier, maar dat zegt weinig. Het team zit midden in zijn slechtste reeks van het seizoen: drie races zonder punten. De snelheid op zaterdag is er nog — Isack Hadjar haalde Q3 in twee van de laatste drie GP’s — maar op zondag valt het team telkens terug.
In Mexico verloor Hadjar direct drie posities na een fout in bocht zes en zakte hij uiteindelijk terug naar P13. Zijn bandenslijtage speelde hem parten, maar ook de strategie liet te wensen over.
“We hebben te weinig tempo in de race. De auto is stabiel, maar mist pure snelheid.”
Laurent Mekies wijst op de kleine marges die het verschil maken. Een foutje in Q2 of een verkeerde bandenkeuze kan bij het huidige veld het verschil zijn tussen punten en niets. Liam Lawson bevestigde dat gevoel na zijn incident in Mexico: “Als je één tiende mist, zak je direct vijf plaatsen.”
Zonder grote upgrades in het vooruitzicht moet Racing Bulls hopen dat de coureurs het maximale blijven halen uit wat er is — anders glipt plek zes alsnog weg. Sauber is de onvoorspelbare factor in de strijd.
De C45 begon het seizoen instabiel en moeilijk bestuurbaar, maar een reeks mid-season upgrades maakte de auto competitiever dan ooit. Toch blijft kwalificeren het probleem: slechts vier keer Q3, minder dan zelfs Alpine.
Toch bewees Gabriel Bortoleto in Mexico dat het tempo er wél is. Vanaf plek 16 reed hij zich naar de tiende plaats, waarmee hij waardevolle punten pakte. De auto heeft snelheid op zondag, maar de vraag blijft of het team dat in de kwalificatie kan omzetten.
“We hebben eindelijk een solide basis. Als we onze kwalificatie verbeteren zonder onze racesnelheid te verliezen, zijn we gevaarlijk.”
Nico Hülkenberg blijft het boegbeeld van het team. Zijn podium in Silverstone — een derde plaats dankzij een perfecte bandenkeuze in de regen — herinnerde eraan hoe kleine beslissingen miljoenen kunnen opleveren.
Een herhaling van dat kunststukje zou Sauber in één klap bovenaan deze strijd kunnen zetten. Het meest teleurstellende team in deze strijd is zonder twijfel Aston Martin.
Met zijn middelen zou het zonder moeite in de top vijf moeten staan, maar in werkelijkheid bungelt het rond plek zeven. Volgens Fernando Alonso is het probleem structureel: de auto presteert wisselvallig en mist efficiëntie, vooral op circuits met weinig downforce.
“De pieken zijn geweldig, maar de dalen zijn veel te diep.”
De AMR25 worstelt al het hele jaar met trage bochten en aerodynamische balans. Alonso haalde het beste resultaat van het team met een vijfde plek in Hongarije, maar sindsdien is de lijn dalend.
Hoewel Lance Stroll al vijf races geen punten meer pakte, is zijn aandeel in het totale puntenaantal procentueel zelfs zijn hoogste ooit. Dat zegt vooral iets over het gebrek aan consistentie bij Alonso’s kant van de garage — deels door pech, deels door de auto zelf.
De focus bij Aston Martin ligt volgens insiders al volledig op 2026, wanneer Adrian Newey zijn stempel moet drukken. Tot die tijd lijkt het team te berusten in middelmatigheid.
De miljoenenstrijd: elke plek telt
Achter McLaren, dat soeverein de constructeurstitel pakt, is Williams vrijwel zeker van de vijfde plaats en Alpine kansloos als hekkensluiter. Daartussen ligt een gevecht dat financieel allesbepalend is: één plek winst betekent ongeveer 10 miljoen dollar extra prijzengeld.
Bearmans vierde plaats in Mexico alleen al leverde Haas een sprong van twee posities op — een resultaat ter waarde van bijna hetzelfde bedrag als zijn gewicht in goud.
Letterlijk: 78 kilo komt overeen met ongeveer 10 miljoen dollar aan goud, het prijzengeld dat één positie in het kampioenschap waard is. Zoals de strijd nu ligt, kan één regenrace, één safetycar of één pitstopfout het verschil maken tussen succes en financiële rampspoed.
“Consistentie is belangrijk, maar in dit gevecht moet je perfect zijn. Er is geen ruimte voor fouten.”
Bearman is zonder twijfel de vormcoureur van deze groep. Hij scoorde in drie opeenvolgende races, pakte zestien punten en bewees dat Haas weer meetelt.
En terwijl hij in Mexico zijn carrièrebeste resultaat neerzette, ging er door de paddock een fluistering: Ferrari kijkt mee. Zijn prestaties doen denken aan Charles Leclerc in 2018, toen die bij Sauber zijn overstap naar Ferrari verdiende.
Bearman bewijst dat sterke prestaties in de middenmoot niet alleen miljoenen waard zijn voor teams, maar ook voor coureurs zelf — in reputatie én toekomstperspectief.
Vier teams. Acht coureurs. Slechts twaalf punten verschil. Achter de glimmende trofeeën van de topteams woedt een strijd die minstens zo intens is. Een strijd waarin fouten niet alleen races kosten, maar miljoenen dollars.
