Red Bull kwam met grote verwachtingen naar Silverstone, maar vertrok met meer vragen dan antwoorden. Max Verstappen pakte op indrukwekkende wijze de poleposition, maar zakte in de race ver terug. Zijn frustratie was na afloop voelbaar, zijn conclusie vernietigend.
De cruciale updates aan de RB21 leken vooraf de sleutel tot herstel, maar bleken op de racedag zelf juist een blok aan het been. De regen op zondag veranderde het speelveld volledig, en de agressieve lage-downforce setup waar Red Bull op gokte, viel pijnlijk door de mand.
Het resultaat: een vijfde plaats, na een spin, worsteling met grip en versleten banden. Op papier leek het weekend veelbelovend.
Verstappen reed zich zaterdag naar pole met een gewaagde setupwijziging: een bijna Monza-achtige achtervleugel om het hardnekkige onderstuur weg te werken. Dat werkte – voor even. In droge omstandigheden kon de auto zich meten met McLaren.
Maar de omstandigheden sloegen om. Op zondag viel de regen en werd het gamble op lage luchtweerstand een nachtmerrie. De RB21 verloor zijn balans volledig. Verstappen klaagde over te veel front grip, te weinig achtergrip en een totaal gebrek aan vertrouwen op de koude intermediates.
“Ik had gewoon geen balans. Zeker op koude banden werd het echt link.”
Na een spin bij de herstart achter de safety car verloor hij meerdere posities. “Ik lag ineens P10 en kon daarna ook niet meer echt terugkomen,” zei hij na afloop. De strategie hielp hem nog naar P5, maar de schade was al aangericht.
Regen legt pijnpunten bloot
Wat vooral opviel: in natte of wisselende omstandigheden is Red Bull momenteel niet op het niveau dat het was. Verstappen gaf toe dat de auto “de banden veel te hard degradeerde” en dat McLaren daar juist opnieuw het verschil maakte.
“In de race hadden we geen snelheid. De bandenslijtage was extreem, McLaren zat opnieuw op een ander niveau.”
Daarmee sloeg hij een zorgelijke toon aan, zeker nu de updates volgens het team bedoeld waren om dat gat te dichten. Na de tegenvallende resultaten in Oostenrijk en nu Silverstone, wordt duidelijk dat er structurele problemen zijn — vooral qua balans en grip onder wisselende omstandigheden.
Christian Horner sprak na afloop nog over de positieve punten van het weekend. “De kwalificatie was sterk, de strategie in de race ook,” zei hij. Maar zelfs hij moest toegeven dat het gokje op set-up “niet werkte toen het weer omsloeg.”
De pers was minder mild. Meerdere analisten benadrukten dat Red Bull’s updates weinig structurele winst opleverden. De gripproblemen blijven, de bandenslijtage blijft. En vooral: de kloof met McLaren lijkt groter geworden.
Verstappen wil meer dan damage control
Hoewel Verstappen het maximale haalde uit wat er nog over was, overheerst vooral teleurstelling. De RB21 blijft een lastige auto om te doorgronden, vooral als het om mixed conditions gaat. Na twee cruciale weekenden zonder overtuigend resultaat, klinkt de frustratie steeds luider.
“Na alles wat er gebeurd is, was P5 waarschijnlijk het best haalbare. Maar dat is niet genoeg. Niet als je om een titel wilt vechten.”
Hij erkende dat het team tijd nodig heeft, maar stelde ook dat men “heel goed moet kijken naar hoe en waarom deze updates zo uitpakken.” Want als zelfs een poleposition niet leidt tot een podium, dan is er echt iets mis.
Red Bull staat onder druk. Niet vanwege paniek, maar omdat de voorsprong verdampt en de upgrades – tot nu toe – geen echte stap vooruit bleken.
Verstappen trekt de harde conclusie waar het team zelf misschien nog niet aan toe is: het tempo van de ontwikkeling, de kwaliteit van de aanpassingen en de set-upkeuzes onder druk zijn niet goed genoeg.
Na Silverstone keert Red Bull “bijna met lege handen” terug, zoals Verstappen het zelf zei. En dat in een fase van het seizoen waar titelkansen worden gemaakt – of verspeeld. Wat volgt, is meer dan evaluatie. Het is een noodzaak tot ingrijpen. Want McLaren wacht niet. En Max – die wil maar één ding: winnen. Altijd.