De Formule 1-teams hebben het steeds moeilijker om de balans in hun auto’s te vinden, nu de huidige regels rond het ground-effect hun limieten bereiken. Grote namen zoals Red Bull, Ferrari en Mercedes merken dat upgrades die extra downforce toevoegen, de rijervaring eigenlijk ingewikkelder maken.
Het probleem? Hoe meer neerwaartse druk, hoe lastiger het wordt om de auto stabiel te houden, vooral in bochten. Daardoor wordt de auto onvoorspelbaar, en dat dwingt teams om continu compromissen te maken in plaats van de perfecte setup te vinden.
Neem bijvoorbeeld de rijhoogte: hoe lager de auto ligt, hoe meer downforce je hebt, maar dit verstoort de balans, vooral in langzame bochten. Mercedes’ technisch directeur, James Allison, legt het duidelijk uit:
“Hoe lager de auto, hoe meer neerwaartse druk, maar dat leidt ook tot minder stabiliteit in de langzame bochten.” – James Allison, Mercedes.
De balans tussen downforce en rijhoogte
Het blijft voor teams een worsteling: hoe krijg je genoeg downforce zonder de auto onhandelbaar te maken? Moderne F1-auto’s genereren meer neerwaartse druk naarmate ze dichter bij de grond komen, wat ze helpt in snelle bochten.
Maar diezelfde druk werkt tegen hen in langzamere bochten, waar stabiliteit belangrijker is. Dit is de reden waarom teams stijve vering en hogere rijhoogten moeten gebruiken voor hogere snelheden, maar dat beperkt hun grip juist in tragere secties.
Je ziet het overal terug, van Max Verstappen die zijn RB20 een ‘monster’ noemt, tot Ferrari’s voortdurende gevecht met stuiteren op de baan.
- Sinds de introductie van ground-effect-auto’s in 2022 is de neerwaartse druk met zo’n 45% gestegen.
- Dit heeft oude problemen zoals porpoising (stuiteren) weer doen opduiken, iets waar vooral Ferrari last van heeft in snelle secties.
Balansproblemen in bochten
Een ander groot probleem waar teams mee worstelen, is hoe de auto zich gedraagt in bochten. Het aerodynamische platform, dat ervoor zorgt dat de auto stabiel blijft, heeft vaak moeite om zich aan te passen wanneer een auto een bocht ingaat.
Coureurs voelen een neutrale auto bij het naderen van de bocht, maar zodra ze de apex naderen, verandert dit in onderstuur, gevolgd door overdreven overstuur bij het uitkomen van de bocht.
Deze dramatische overgang maakt het moeilijk voor de coureurs om de auto onder controle te houden, vooral bij hoge snelheden. Dit probleem is de laatste tijd alleen maar verergerd door de enorme hoeveelheid downforce die deze auto’s produceren.
- Onderstuur bij het ingaan van bochten, gevolgd door onverwacht overstuur bij het uitkomen van de bocht.
- Dit maakt het voor de coureur een stuk lastiger om de auto onder controle te houden, vooral bij hoge snelheden en in snelle secties.
De rol van de voorvleugel
Vroeger kon de voorvleugel van een F1-auto een wereld van verschil maken als het ging om het aanpassen van de balans. Tegenwoordig is dat veel minder het geval.
Waarom? Omdat auto’s nu tot wel 70% van hun downforce uit de vloer halen. Dit betekent dat teams veel minder ruimte hebben om met de voorvleugel de balans te beïnvloeden. Flexibele vleugels helpen soms wat, omdat ze zich aan de snelheid kunnen aanpassen, maar het probleem is nog steeds groot.
“Met de vorige regels verdeelden we de belasting ongeveer gelijk tussen de voorvleugel, de vloer en de achtervleugel. Nu genereert de vloer tot 70% van de neerwaartse druk.” – Luca Furbatto, Aston Martin.
Porpoising: het stuiteren is terug
Herinner je je het stuiteren van de auto’s in 2022 nog? Welnu, het is weer terug. Veel teams, vooral Ferrari, hebben porpoising opnieuw zien opduiken wanneer ze de limieten van hun aerodynamische prestaties opzoeken.
Als de neerwaartse druk maar een beetje verandert, kan het stuiteren meteen terugkomen, en dat terwijl teams proberen de luchtstroom onder de auto optimaal te benutten.
Luca Furbatto van Aston Martin waarschuwt dat dit probleem alleen maar erger wordt naarmate teams proberen meer prestaties uit hun auto’s te persen. En het slechte nieuws? Deze regels blijven tot 2025, dus we zijn nog niet van het stuiteren af.
| Team | Probleem | Effect op prestaties |
|---|---|---|
| Ferrari | Stuiteren blijft terugkomen | Verlies van snelheid in snelle bochten |
| Red Bull | ‘Monster’-gevoel | Moeilijk te besturen op hoge snelheid |
| Mercedes | Onzekerheid in kwalificatie | Instabiele handling in langzame bochten |
Zoals je kunt zien, hebben alle teams hun eigen specifieke problemen, maar ze komen allemaal neer op hetzelfde: hoe meer ze proberen, hoe meer nieuwe uitdagingen ze tegenkomen. Teams zoals Red Bull en Ferrari moeten blijven zoeken naar manieren om de balans in hun auto’s te verbeteren, zonder de prestaties op andere vlakken te verliezen.
