Het is een luxeprobleem waar maar tien mensen op aarde echt mee te maken hebben: de eigenaar zijn van een Formule 1-team. Maar voor Gene Haas begint het inmiddels ook te irriteren. Terwijl de geruchten over zijn mogelijke vertrek zijn verstomd, blijft het ene na het andere overnamebod binnenstromen.
Gene Haas is eigenaar van één van de weinige onafhankelijke F1-teams op de grid, en dat maakt hem een gewild doelwit voor investeerders, ondernemers en rijke liefhebbers. Maar ondanks die aandacht – of juist daardoor – neemt zijn irritatie toe.
Volgens teambaas Ayao Komatsu, die sinds 2024 de leiding heeft overgenomen van Guenther Steiner, is de Amerikaanse teameigenaar overduidelijk: er komt géén verkoop.
“Ik had laatst nog mensen die echt bleven aandringen, maar Gene werd er alleen maar geïrriteerder van, aldus Komatsu. Hij geniet gewoon van het team. Dat is het belangrijkste.”
Het zijn opmerkelijke woorden in een tijd waarin F1 steeds meer wordt gezien als lucratief investeringsobject. Maar voor Haas draait het volgens zijn teamleiding niet om winst of imago. Hij wil simpelweg blijven meedoen.
De vraag waarom geïnteresseerden zich juist nú zo opdringen, is niet zo moeilijk te beantwoorden. Na een desastreus 2023, waarin het team slechts 12 punten scoorde en als laatste eindigde, maakte Haas F1 een indrukwekkende comeback.
Met 58 punten en een zevende plaats in het constructeurskampioenschap draaide het team zijn beste seizoen sinds 2018. Komatsu kreeg daarbij het vertrouwen van Haas om het roer over te nemen van Steiner. Hij greep die kans met beide handen aan en wist de sfeer én prestaties binnen het team duidelijk op te krikken.
“Gene is echt betrokken, zegt Komatsu. Hij stelt technische vragen, leest zich in en volgt alles. Dat is nooit anders geweest. Alleen nu zie je hem ook echt genieten van het moment.”
Een eigenaar die zelf achter het stuur kruipt
Die hernieuwde betrokkenheid is niet alleen zichtbaar aan de pitmuur. Haas rijdt dit jaar zelfs mee tijdens het prestigieuze Goodwood Festival of Speed, in een auto van zijn eigen team: de VF-23 uit het vorige seizoen. Een symbolische stap, die volgens Komatsu laat zien hoeveel plezier hij haalt uit het team.
“Toen ik hem vroeg of hij wilde rijden op Goodwood, had hij er nog nooit van gehoord. Maar nu is hij superenthousiast. Hij leest erover, kijkt filmpjes… het heeft hem echt gegrepen.”
Wat de situatie extra uniek maakt, is het feit dat Haas één van de weinige F1-teams is die níét in handen is van een groot concern of consortium. Vanaf 2026 zal hij zelfs nog exclusiever worden, als het aantal teams stijgt naar elf.
Die positie – als onafhankelijke eigenaar binnen een miljardenbusiness – is zeldzaam én waardevol.
“Hij kwam erbij in een tijd dat F1 nog niet zo booming was, aldus Komatsu. Hij is gebleven in de coronaperiode, toen het echt zwaar was. En nu plukt hij daar de vruchten van.”
Wie droomt van het kopen van het Haas F1-team, kan beter ergens anders aankloppen. Voor Gene Haas is dit geen project om door te verkopen, maar een passie waar hij met volle teugen van geniet. En zolang dat zo blijft, heeft Komatsu een baas die naast hem staat — niet erboven, maar echt betrokken.