Voor het eerst in het bestaan van het Haas Formule 1-team hoeft teameigenaar Gene Haas geen eigen geld meer in het team te steken. Volgens teamchef Ayao Komatsu heeft het team eindelijk het niveau bereikt waarop het voldoet aan de door de FIA vastgestelde budgetlimiet, zonder externe investeringen van Gene zelf.
“Dit is echt monumentaal. Voor het eerst hoeft Gene geen eigen geld meer in te leggen. We bereiken nu de budgetlimiet en moeten ervoor zorgen dat we daarbinnen blijven.” – Ayao Komatsu
De waarde van het team is ook aanzienlijk gestegen. Volgens een rapport van Sportico is de waarde van Haas in 2024 gestegen naar meer dan een miljard dollar, een enorme sprong ten opzichte van de 78 miljoen dollar in 2023.
Ondanks dat het team als minst waardevol wordt beschouwd, genereert het meer inkomsten dan Williams, wat aangeeft dat de structuur en strategie van Haas vruchten beginnen af te werpen.
De samenwerking tussen Haas en Toyota is een belangrijke stap in de technologische vooruitgang van het team. Hoewel de resultaten van deze samenwerking pas echt zichtbaar zullen zijn bij de nieuwe reglementen in 2026, zijn er al veranderingen merkbaar.
Toyota’s betrokkenheid biedt Haas toegang tot geavanceerde faciliteiten en technische expertise, waardoor het team stappen zet naar meer zelfvoorziening.
Historisch gezien was Haas afhankelijk van Ferrari voor essentiële onderdelen en technische ondersteuning. Maar de focus verschuift nu naar interne ontwikkeling en minder afhankelijkheid van externe partners.
Dit blijkt onder andere uit de keuze van Haas om de voorwielophanging van Ferrari niet over te nemen voor hun 2025-auto. Deze beslissing onderstreept hun ambitie om eigen technische oplossingen te ontwikkelen en onafhankelijker te worden.
Veranderingen binnen het team: Nieuwe rollen en functies
Haas heeft aanzienlijke personele veranderingen doorgevoerd om de efficiëntie en prestaties van het team te verbeteren. Nieuwe aanstellingen, zoals Mark Low als sportief directeur en Francesco Nenci als hoofd race-engineer, brengen een frisse aanpak.
Nenci heeft eerder ervaring opgedaan bij Toyota en Marussia, wat hem een waardevolle toevoeging maakt aan het team.
Daarnaast zijn er interne promoties geweest die de structuur versterken. Een opvallend voorbeeld is Laura Müller, die de eerste vrouwelijke race-engineer is geworden bij Haas. Deze combinatie van interne groei en externe expertise laat zien dat het team niet alleen bouwt aan zijn technische fundament, maar ook aan een sterk personeelsbestand.
De relatie tussen Haas en Ferrari is jarenlang cruciaal geweest voor de overleving van het team. Ferrari leverde niet alleen onderdelen, maar ondersteunde ook met technische expertise. Toch brengt deze samenwerking ook uitdagingen met zich mee.
Wanneer Ferrari ondermaats presteert, heeft dat direct invloed op Haas. Dit bleek in 2019, toen een vermoedelijke motoronregelmatigheid bij Ferrari resulteerde in verminderde prestaties van hun powerunits, wat ook Haas trof.
Ondanks deze beperkingen blijft de samenwerking met Ferrari voorlopig van belang. Coureur Oliver Bearman, een Ferrari Academy-talent, heeft baat bij deze connectie. Maar het team lijkt zich voor te bereiden op een toekomst zonder Ferrari, mogelijk gesteund door Toyota, om volledig onafhankelijk te opereren.
Zelfvoorziening en groei: De toekomst van Haas
Een opvallende ontwikkeling is dat Haas eindelijk in staat is om oudere auto’s zelf te testen, een primeur in hun bestaan. Waar andere teams zoals Williams al langer beschikken over een eigen simulator, moest Haas tot voor kort genoegen nemen met beperkte toegang tot externe simulators.
Deze nieuwe zelfvoorziening wijst op een significante verbetering in hun infrastructuur.
De samenwerking met Toyota versterkt deze beweging naar onafhankelijkheid. Toyota’s expertise en middelen bieden Haas de mogelijkheid om eigen onderdelen te ontwikkelen en minder afhankelijk te worden van externe leveranciers zoals Dallara. Hierdoor kan het team zijn eigen koers varen en concurrenten zoals Cadillac het hoofd bieden.
Met deze veranderingen laat Haas zien dat het team niet langer tevreden is met een rol als klantenteam. Door te focussen op interne ontwikkeling, strategische samenwerkingen en verbeterde infrastructuur, zet Haas een koers uit die hen in staat stelt om niet alleen te overleven, maar ook competitief te zijn.