Haas F1 heeft besloten om de windtunnel van Ferrari in Maranello te blijven gebruiken, ondanks een samenwerking met Toyota. De keuze is strategisch en gebaseerd op meerdere factoren, waaronder logistiek, kosten en technologische voordelen.
De faciliteit in Maranello is recent vernieuwd en afgestemd op de technische eisen van de huidige aerodynamische regelgeving.
Ayao Komatsu, teambaas van Haas, gaf aan dat een overstap naar Toyota’s windtunnel in Keulen momenteel geen meerwaarde heeft:
“Voor de nabije toekomst hebben we geen plannen om uit de windtunnel van Maranello te verhuizen,” – Ayao Komatsu.
De beslissing komt op een moment waarop Haas op zoek is naar een nieuwe hoofdbasis om de operaties, die nu verspreid zijn over de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk en Italië, te consolideren.
In het verleden was Toyota’s windtunnel in Keulen een van de meest geavanceerde in de Formule 1. Teams als McLaren, Williams en Ferrari hebben de faciliteit gebruikt, met name in de periode na Toyota’s vertrek uit de sport in 2009.
Een belangrijke reden hiervoor was de aanwezigheid van Particle Image Velocimetry (PIV), een geavanceerde techniek om luchtstromen rondom de auto te visualiseren.
Ondertussen hebben vrijwel alle teams hun windtunnels geüpgraded met PIV-technologie. Hierdoor ligt de focus nu op de eigenschappen van de rolband in de windtunnel, met name vanwege de nadruk op grondeffect. Ferrari heeft vorig jaar een nieuw ‘rubberen’ rolvlak geïnstalleerd, wat realistischer aansluit bij een racecircuit dan de traditionele stalen band.
Haas profiteert direct van deze ontwikkeling, terwijl Toyota een soortgelijke upgrade nog niet heeft doorgevoerd. Komatsu benadrukte het voordeel van deze samenwerking:
“Voor mij is het een win-winsituatie. Ferrari doet het onderzoek en lost de problemen op, wij profiteren daarvan zonder zelf dat onderzoek te hoeven doen.” – Ayao Komatsu.
De keuze om bij Ferrari te blijven is niet alleen gebaseerd op de technologische voordelen, maar ook op de logistieke impact van een overstap naar Keulen.
Logistiek en kosten spelen een grote rol
Een overstap naar Toyota’s windtunnel zou aanzienlijke logistieke uitdagingen en kosten met zich meebrengen. Haas heeft momenteel medewerkers in de VS, het VK en Italië, en het opzetten van een aerodynamische afdeling in Keulen zou de operaties verder versnipperen. Dit zou leiden tot extra reistijd en hogere kosten voor transport en huisvesting van personeel.
Daarnaast werkt Haas nauw samen met Ferrari en koopt het team veel componenten van de Italiaanse fabrikant. Hoewel de 2025-auto minder onderdelen uit Ferrari’s pakket zal bevatten, blijft de nauwe band tussen de teams een belangrijke factor.
Een andere belangrijke ontwikkeling binnen Haas is de komst van een eigen driver-in-loop simulator, mede mogelijk gemaakt door Toyota’s investering.
Tot nu toe moesten medewerkers naar Maranello reizen om Ferrari’s simulator te gebruiken. Het plan is om een eigen faciliteit te bouwen, wat de efficiëntie binnen het team aanzienlijk zal verbeteren. Komatsu lichtte de beperkingen van de huidige situatie toe:
“Als je kijkt naar onze simulator, hebben we vorig jaar zeker niet meer dan 15 dagen kunnen testen. Tijdens raceweekenden doen we geen enkele sessie. Iedereen anders doet dat wel.” – Ayao Komatsu.
De nieuwe simulator wordt een belangrijke stap in de ontwikkeling van Haas, maar de samenwerking met Toyota betekent niet automatisch dat de windtunnel in Keulen een logische keuze is.
Maranello biedt continuïteit en prestaties
Naast de technologische voordelen van Ferrari’s vernieuwde windtunnel biedt Maranello ook stabiliteit en continuïteit voor Haas. De keuze voor een eigen locatie in het VK is nog in onderzoek, maar de aerodynamische werkzaamheden zullen voorlopig in Italië blijven.
Opvallend is dat de teams die in 2024 bovenaan in het constructeurskampioenschap staan – Ferrari en McLaren – beide recent hun windtunnels hebben geüpgraded. Dit onderstreept het belang van geavanceerde faciliteiten bij de ontwikkeling van een competitieve auto.
Haas heeft in Maranello directe toegang tot up-to-date technologie en hoeft geen extra investeringen te doen om hetzelfde niveau te bereiken als Toyota. Hierdoor blijft het team nauw verbonden met Ferrari en benut het de voordelen van gedeelde kennis en infrastructuur zonder extra kosten of complexiteit.