De strijd op de baan werd in Spanje niet alleen tussen auto’s uitgevochten. Dit keer laaide het vuur op ná de finishvlag – en niet door bandenrook, maar door woorden.
In de nasleep van Max Verstappens incident met George Russell in de Grand Prix van Spanje, is Sky Sports F1 zelf het middelpunt van de storm geworden. En het verwijt is helder: hypocrisie, sensatiezucht en het overschrijden van journalistieke grenzen.
De vonk sloeg over tijdens het veelbesproken interview waarin verslaggeefster Rachel Brooks Verstappen confronteerde met harde vragen over zijn actie op Russell.
Of hij het opzettelijk had gedaan, of hij zich als rolmodel bewust was van de impact. Vragen die normaal thuishoren bij een politiek debat, niet per se bij een coureur die net 300 kilometer per uur achter de rug heeft.
Max: geen excuses, geen poppenkast
De reactie van Verstappen was zoals we die kennen: koel, direct, compromisloos.
“Dat is jouw mening, niet de mijne, kaatste hij terug toen Brooks hem aansprak op zijn voorbeeldfunctie voor jonge fans. Ik ben hier om te racen, niet om iemands rolmodel te zijn.”
Het interview ging viraal, niet vanwege nieuwe inzichten, maar vanwege de toon. Fans spraken van een “heksenjacht”. Analisten als Chris Harris, bekend van het populaire ‘Chris Harris on Cars’, noemden het ronduit “tabloid-journalistiek”.
De kritiek op Sky F1 spitst zich toe op de dubbele standaard. Want terwijl Verstappen werd neergezet als een ongeleid projectiel, werden andere coureurs – met vergelijkbare of zelfs heftigere incidenten – vaak met fluwelen handschoenen behandeld.
De beschuldiging van “Britse bias” klonk luider dan ooit, zeker nadat Nico Rosberg en Damon Hill openlijk spraken over een mogelijke diskwalificatie van Verstappen.
“Ze zetten een QR-code op het scherm: ‘Moet Max gediskwalificeerd worden? Ja of nee.’ Kom op, waar zijn we mee bezig? Dat is geen sportverslaggeving meer, dat is stemmingmakerij.”
En dat terwijl de FIA zelf geen aanleiding zag om het incident verder te onderzoeken.
De nuance van een kampioen
Wat volgde was een fascinerende golf van tegengeluid. Niet alleen vanuit Verstappens kamp, maar ook van voormalige kampioenen als Mika Häkkinen. De Fin benadrukte juist Verstappens vastberadenheid en controle als unieke kwaliteiten.
“Max is niet bang voor anderen. Hij respecteert niemand – en dat bedoel ik positief, aldus Häkkinen. Hij is gebouwd om te winnen. En als je hem wil verslaan, moet je slimmer zijn dan hij.”
Ook Manish Pandey, de producent van de iconische documentaire Senna, trok parallellen met de Braziliaanse legende. Coureurs op dat niveau, stelt hij, opereren op emotie, op vuur. Niet op PR.
Wat deze kwestie blootlegt, is een bredere discussie binnen de Formule 1. Hoe ver mag of moet een journalist gaan? En wat is de impact van deze interviews op de identiteit van de sport?
In een tijd waarin Drive to Survive de sport naar miljoenen huiskamers bracht, rijst de vraag of F1 zich niet te veel plooit naar het dramatische format van reality-tv. Verstappen – een racer pur sang – is daar altijd fel tegenin gegaan. Hij weigert mee te doen aan dat narratief. En dat lijkt Sky F1 hem niet in dank af te nemen.