Ford keert in 2026 terug naar de Formule 1 als partner van Red Bull, precies op het moment dat nieuwe regels voor de powerunits worden ingevoerd.
De keuze voor Red Bull kwam na een mislukte onderhandeling tussen het team en Porsche, waarbij de Duitse autofabrikant volledige zeggenschap wilde over de samenwerking. Ford zag een kans en greep die.
Mark Rushbrook, directeur van Ford Motorsport, stuurde persoonlijk een e-mail naar Red Bull-teambaas Christian Horner om een eerste gesprek op te zetten.
“Ik kreeg het e-mailadres van Christian Horner te pakken, stuurde hem een bericht en vroeg: ‘Wil je praten?’.”
Binnen korte tijd werd een deal gesloten. De samenwerking met Red Bull paste perfect binnen Ford’s strategie. Het Amerikaanse merk wilde terugkeren naar de Formule 1, maar zonder zelf een team te bezitten of volledig verantwoordelijk te zijn voor de ontwikkeling van een powerunit.
De mogelijkheid om zich te focussen op elektrische technologieën en andere innovaties maakte Red Bull een logische partner.
Waarom Ford niet koos voor een eigen team
Bij de zoektocht naar een manier om terug te keren in de Formule 1 overwoog Ford aanvankelijk verschillende mogelijkheden. Er werd niet alleen gekeken naar partnerschappen, maar ook naar de optie om een bestaand team te kopen.
“Voor deze deal met Red Bull hebben we veel opties overwogen. Sommige teams benaderden ons, en wij benaderden ook een aantal teams. We moesten begrijpen wat de beste manier was om de Formule 1 binnen te stappen.” – Mark Rushbrook
Ford heeft in het verleden al eens een eigen team gehad. In 1999 kocht het Jaguar Racing, maar na teleurstellende resultaten werd het team in 2004 verkocht aan Red Bull.
Die ervaring speelde een belangrijke rol in de beslissing om geen nieuw fabrieksteam op te zetten.
“We hebben bewezen dat een eigen team runnen niet onze kernactiviteit is. We zijn een motorsportbedrijf, maar nergens bezitten of runnen we zelf een team. We werken altijd samen met partners.” – Mark Rushbrook
Door te kiezen voor Red Bull kan Ford de voordelen van de Formule 1 benutten zonder de risico’s die komen kijken bij het managen van een team.
De focus ligt op technologische ontwikkeling en innovatie, terwijl Red Bull verantwoordelijk blijft voor de operationele kant van de autosport.
Een belangrijk onderdeel van de samenwerking is de verdeling van taken. Red Bull had al een eigen motorprogramma opgezet met Red Bull Powertrains, en Ford moest bewijzen dat het meer kon bieden dan alleen financiële steun en branding.
“Mijn eerste vraag aan Christian was: ‘Wat zoek je in een partner?’ Binnen 20 minuten werd duidelijk dat onze visies op veel vlakken overeenkwamen.”
Aanvankelijk werd gedacht dat Ford zich vooral zou richten op de elektrische componenten van de nieuwe powerunit, zoals de batterij, elektromotor en inverter. Gaandeweg breidde Ford zijn rol uit.
“Additieve productie is een goed voorbeeld. We hebben materialen en kennis op dat gebied. Dat stond niet op de oorspronkelijke lijst, maar we werken er nu aan. Hetzelfde geldt voor bijdragen aan de verbrandingsmotor en turbo.”
Ford’s betrokkenheid gaat verder dan verwacht. Het Amerikaanse merk brengt niet alleen expertise in elektrische aandrijvingen, maar ook in software, besturing en materiaalontwikkeling.
Dit draagt bij aan zowel de prestaties van de powerunit als de overdracht van Formule 1-technologie naar straatauto’s.
Verschillen met de eerdere Porsche-onderhandelingen
Red Bull had eerder lange onderhandelingen gevoerd met Porsche, maar deze gesprekken liepen vast. Het grootste struikelblok was de mate van controle: Porsche wilde volledige zeggenschap, terwijl Red Bull de onafhankelijkheid wilde behouden.
Met Ford was die spanning er niet. Vanaf het begin was duidelijk dat Ford geen dwingende invloed wilde uitoefenen op Red Bull’s manier van werken.
“Vanaf het begin zeiden Mark en Jim Farley: ‘Jullie doen Formule 1 elke dag, dat is jullie specialiteit. Wij gaan ons niet met jullie werkwijze bemoeien. Zeg ons hoe we kunnen helpen.’” – Christian Horner
Het open karakter van de samenwerking gaf Red Bull de vrijheid om zijn eigen koers te varen, zonder de beperkingen die bij een joint venture met Porsche zouden zijn ontstaan.
Dit gaf Ford het vertrouwen dat de samenwerking succesvol zou kunnen zijn zonder interne machtsstrijd.
Een ander voordeel van de samenwerking is dat Ford niet direct verantwoordelijk wordt gehouden voor de prestaties van de powerunit. Dit verlaagt het risico en stelt Ford in staat om zich te concentreren op technologische ontwikkeling zonder publieke druk.
“Het is een beetje zoals grootouders. Je geniet van alle voordelen van de kinderen, maar als het moeilijk wordt, geef je ze gewoon terug aan de ouders. Je hoeft geen slapeloze nachten te hebben of luiers te verschonen.”
Dit partnerschap stelt Ford in staat om te profiteren van de groei van de Formule 1 zonder de operationele uitdagingen van een eigen fabrieksteam of volledige motorontwikkeling.
Ford’s beslissing om met Red Bull in zee te gaan is gebaseerd op een combinatie van technologische vooruitgang, merkrelevantie en strategische positionering.
Waar Porsche volledige controle wilde, koos Ford voor een ondersteunende rol, waarbij het zich richt op zijn sterke punten in elektrische technologie en software.
De samenwerking past ook binnen Ford’s bredere strategie om racetechnologie naar straatauto’s te brengen. Met de focus op hybride powerunits en een koolstofneutrale toekomst, sluit de Formule 1 van 2026 perfect aan bij de doelen van Ford.
De impact van deze samenwerking zal pas in 2026 echt zichtbaar worden, maar de fundering is gelegd voor een langdurige en innovatieve samenwerking tussen Red Bull en Ford.