Lando Norris heeft zich uitgesproken over zijn persoonlijke kijk op de Formule 1-carrière en wat daarna komt. In een open gesprek in de podcast The Pivot vertelde de McLaren-coureur dat zijn motivatie niet ligt in roem of eeuwige herinnering.
Zijn woorden geven een zeldzaam inkijkje in hoe een topcoureur denkt over het leven ná de sport.
“Ik weet niet of ik herinnerd wil worden over 100 jaar, of dat ik het gewoon voor mezelf wil doen. Dat ik kan zeggen: ik heb gewonnen in de Formule 1, en dat verhaal aan mijn kinderen kan vertellen.”
De 25-jarige Brit benadrukte dat zijn doelen vooral persoonlijk zijn. Hij wil een gezin stichten, zijn kinderen zien opgroeien en genieten van het leven buiten de circuits.
Voor hem draait het om het beleven van het moment, niet om een nalatenschap opbouwen die generaties overstijgt.
“Ik ben hier niet omdat ik herinnerd wil worden door iedereen, of omdat ik de beste van de wereld wil zijn. Ik wil mijn leven genieten, dat delen, en dan weer verder.”
Duidelijk verschil met andere generatiegenoten
In een tijd waarin veel jonge coureurs openlijk praten over wereldtitels en recordboeken, neemt Norris een ander standpunt in.
Hij erkent dat sommige collega’s leven voor het nalatenschap, maar die drang voelt hij zelf niet. Het gaat hem om de prestaties op de baan én de verhalen daarbuiten.
Deze benadering zorgt voor een ander soort druk. Niet de verwachting van de buitenwereld, maar de innerlijke motivatie bepaalt zijn pad. Norris lijkt zijn succes te definiëren aan de hand van ervaringen, niet aan statistieken.
“Sommigen willen voor altijd herinnerd worden. Ik heb daar geen interesse in.”
Zijn eerlijkheid is opvallend. Terwijl veel coureurs hun mediaoptredens strak regisseren, deelt Norris openlijk zijn twijfels en dromen. Het maakt hem toegankelijk voor fans én anders dan de gemiddelde topcoureur.
Tijdens de Grand Prix van Miami werd duidelijk hoe competitief en emotioneel betrokken Norris nog altijd is. Hij eindigde als tweede achter teamgenoot Oscar Piastri, maar de race liet hem met gemengde gevoelens achter.
Vooral zijn openingsduel met Max Verstappen liet sporen na.
“Als ik ervoor ga, klagen mensen. Als ik het niet doe, klagen ze ook. Je kunt niet winnen.”
De actie op de eerste ronde zorgde ervoor dat Norris terrein verloor. Hij erkende dat hij de situatie niet goed had ingeschat.
Volgens hem is er bij Verstappen maar één manier om erlangs te komen: precies goed inschatten, anders is het crashen of niets.
“Ik betaalde de prijs omdat ik het vandaag niet goed genoeg deed.”
Teambelang boven persoonlijk succes: respect voor McLaren
Ondanks zijn persoonlijke teleurstelling bleef Norris positief over de prestaties van zijn team. Hij prees de pitstops, de strategie en vooral de snelheid van de McLaren-auto. Dat hij zijn teamgenoot voor zich moest dulden, leek hij sportief te accepteren.
“Oscar reed goed, Max bood altijd stevig weerwerk, en ik heb de prijs betaald. Maar zo is het nou eenmaal.”
Zijn houding toont dat zijn ambitie niet botst met realisme. Hij wil winnen, maar erkent dat het soms simpelweg niet lukt. In Miami was de auto goed, het team sterk, maar de race verliep niet in zijn voordeel.
De transparantie waarmee hij dit deelde, past bij zijn eerder uitgesproken visie: hij wil momenten creëren, delen en verdergaan. Geen eeuwige strijd om herinnerd te worden, maar voldoening halen uit het nu.
Norris schetst een toekomst die afwijkt van het klassieke beeld van de F1-legende. Hij droomt niet van standbeelden of naamplaten op muren, maar van verhalen die hij aan zijn kinderen kan vertellen. Over races, keuzes, fouten én overwinningen.
Zijn benadering is menselijk. Minder gericht op prestige, meer op betekenis. Waar anderen alles geven voor het palmares, geeft Norris prioriteit aan balans. Het maakt hem tot een andere soort coureur.
Misschien niet de hardste vechter voor roem, maar wel iemand die met een helder doel rijdt: niet om herinnerd te worden, maar om herinneringen te maken.
“Ik wil gewoon mijn moment beleven, het delen met anderen, en dan verder.”