McLaren heeft een probleem met het managen van hun coureurs. Hoewel ze belangrijke punten hebben verzameld in de strijd om het constructeurskampioenschap, blijft het onduidelijk of het team weet hoe ze hun coureurs moeten inzetten voor het maximale resultaat.
Monza onthulde dit opnieuw: McLaren lijkt niet te kunnen beslissen of ze hun coureurs vrij moeten laten racen of teamorders moeten invoeren om zo het maximale uit het kampioenschap te halen.
“Ik zou het geweldig vinden, maar het is niet aan mij,” zegt Lando Norris over mogelijke teamorders. “Het is een lastige situatie omdat geen enkele coureur teamorders wil, maar als je vecht voor het kampioenschap wil je elk klein voordeel.” – Lando Norris
De tweestrijd tussen Norris en Piastri
Het dilemma binnen McLaren draait om de verhouding tussen Lando Norris en Oscar Piastri. Norris, die langer bij het team zit en als snellere coureur wordt gezien, maakt meer fouten dan verwacht.
Dit maakt het lastig om hem de status van nummer één toe te kennen. Piastri, aan de andere kant, heeft indrukwekkende resultaten geboekt, vooral voor een coureur in zijn tweede seizoen. Dit zorgt voor een complexe dynamiek binnen het team.
McLaren heeft historisch gezien de filosofie gehad om beide coureurs gelijk te behandelen, zonder voorkeur te geven aan één van hen. Deze benadering lijkt echter niet langer efficiënt, gezien de huidige competitieve aard van het kampioenschap. De vraag rijst of McLaren bereid is hun beleid aan te passen om één van hun coureurs te ondersteunen in de strijd om de titel.
Een filosofie die in de weg staat
Zach Brown heeft verklaard dat hij nog geen teamorders overweegt om Norris te ondersteunen. Hij blijft vasthouden aan het idee dat beide coureurs gelijk behandeld worden. Deze filosofie is consistent met McLaren’s aanpak in het verleden, toen coureurs als Ayrton Senna en Alain Prost of Lewis Hamilton en Jenson Button dezelfde behandeling kregen.
Historisch gezien heeft McLaren echter wel gebruik gemaakt van teamorders. David Coulthard moest bijvoorbeeld in zowel Jerez 1997 als Australië 1998 zijn positie opgeven voor Mika Häkkinen, wat cruciaal was voor Häkkinen’s succes in het kampioenschap. Dit roept de vraag op waarom Brown nu terughoudend is om een dergelijke strategie te volgen.
Oscar Piastri speelt een grote rol in dit dilemma. Hoewel Norris meer ervaring heeft, heeft Piastri laten zien dat hij niet onderdoet voor zijn teamgenoot.
Sterker nog, zijn gedurfde acties in Monza, waar hij Norris inhaalde bij de start, toonden aan dat hij niet van plan is de rol van nummer twee op zich te nemen. Dit veroorzaakt interne spanningen bij McLaren, omdat het team moeite heeft om een duidelijke hiërarchie te bepalen.
“Ik denk niet dat Oscar zich druk maakt om Lando’s titelstrijd,” zegt een anonieme bron binnen het team. “Hij wil gewoon races winnen, ongeacht wat dat betekent voor Norris.”
De prestaties van Norris en Piastri zijn dicht bij elkaar. Hoewel Norris over het algemeen sneller is in de kwalificatie en momenteel hoger staat in het kampioenschap, heeft Piastri bewezen dat hij onder druk kan presteren. In Monza slaagde hij erin om Norris bij de start in te halen, wat de spanningen tussen de twee coureurs alleen maar verder heeft vergroot.
Statistiek | Lando Norris | Oscar Piastri |
---|---|---|
Positie in kampioenschap | 2e | 4e |
Kwalificatie-duels | 10-9 | 9-10 |
Races gewonnen | 2 | 1 |
Inhaalacties Monza | 1 | 2 |
Wat houdt McLaren tegen?
Het grootste probleem lijkt te zijn dat McLaren vastzit in een verouderde filosofie. Het idee dat beide coureurs gelijk moeten worden behandeld, ongeacht de situatie, werkt niet altijd in het voordeel van het team.
Vooral nu het kampioenschap in een cruciale fase komt, moeten er keuzes gemaakt worden. McLaren moet beslissen of ze hun filosofie willen loslaten om Norris te ondersteunen in zijn titelkansen, of dat ze doorgaan met hun huidige aanpak en de interne concurrentie tussen Norris en Piastri verder laten escaleren.