Een Formule 1-auto bezitten als particulier is mogelijk, maar brengt uitzonderlijke beperkingen en kosten met zich mee.
Vanwege reglementen, technische vereisten en gebrek aan ondersteuning kunnen maar weinig bezitters hun auto daadwerkelijk laten rijden. De markt groeit desalniettemin onder rijke verzamelaars en liefhebbers.
Wereldwijd zijn naar schatting tussen de 100 en 200 ex-Formule 1-auto’s in handen van particulieren. Meestal gaat het om modellen ouder dan vijf jaar, verkocht via veilingen of direct door teams.
Jaarlijks wisselen slechts 10 tot 20 auto’s van eigenaar, vaak voor bedragen tussen de € 500.000 en € 5 miljoen.
“Het is technisch mogelijk om een ex-Formule 1-auto particulier te bezitten, maar het is een enorme uitdaging om deze te laten rijden.”
Wie denkt zijn F1-auto even uit te laten op de openbare weg, komt bedrogen uit. Formule 1-auto’s hebben geen typegoedkeuring en missen basisveiligheidsvoorzieningen zoals ABS of airbags.
Ze zijn uitsluitend te gebruiken op afgesloten circuits. Zelfs daar zijn beperkingen, want de FIA staat slechts een beperkt aantal tests per jaar toe.
“Zelfs als je een F1-auto bezit, mag je deze niet zomaar op de openbare weg gebruiken; daar zijn ze niet voor goedgekeurd,” zegt een FIA-woordvoerder.
Bovendien is starten op zich al een opgave. Zonder originele software, gespecialiseerde engineers en op maat gemaakte startapparatuur is een moderne auto praktisch onbruikbaar.
Vaak worden gevoelige systemen door teams verwijderd voor verkoop. In sommige gevallen krijgt de koper slechts een ‘rolling chassis’ zonder functionerende powerunit.
Hoge kosten en schaars onderhoud
Onderhoudskosten van een F1-auto liggen tussen de € 50.000 en € 200.000 per jaar, afhankelijk van gebruik en onderdelen.
Slechts een klein deel van de auto’s (minder dan 5%) rijdt nog actief, bijvoorbeeld tijdens speciale trackdays zoals die van Red Bull of Goodwood. Verzekering is een ander obstakel.
Veruit de meeste verzekeraars dekken uitsluitend statisch bezit. Verzekering voor circuitgebruik is zeer beperkt beschikbaar en erg duur.
Daarbovenop zijn reserveonderdelen vaak niet te krijgen, of moeten ze speciaal worden nagemaakt – wat de kosten nog verder opdrijft.
“Het bezitten van een F1-auto is vooral een prestigeproject; het rijden ervan is een logistieke en technische nachtmerrie.”
Er zijn uitzonderingen. Zo reed een privéverzamelaar tijdens Goodwood 2024 met een Ferrari F2004, en trok een demo van een Williams FW19 bij de GP van Silverstone 2023 veel bekijks.
In 2023 werd een Red Bull RB7 verkocht voor € 3,2 miljoen aan een verzamelaar die deze inzet bij exclusieve evenementen. Tijdens de eerste openbare veiling in 2025 gingen F1-auto’s voor meer dan € 15 miljoen over de toonbank.
“De veiling van de Red Bull RB7 was het gesprek van de dag op social media, met duizenden reacties van fans wereldwijd.”
Toch blijft het vooral bij kijken en bewonderen. De auto’s worden vaker tentoongesteld dan ingezet. Veel modellen staan permanent in privécollecties of musea.
Regels, restricties en toekomstig gebruik
De FIA heeft in 2025 de regels voor het gebruik van ex-F1-auto’s verder aangescherpt.
Onder de zogeheten TPC-regels (Testing of Previous Cars) mogen teams en eigenaren slechts 20 sessies per jaar uitvoeren met auto’s van minimaal twee jaar oud.
Reden hiervoor zijn eerdere incidenten met privé-eigenaren, waaronder crashes zonder adequate technische begeleiding. Ook de introductie van hybride systemen sinds 2014 maakt veel moderne auto’s extra gevoelig.
Slechts enkele gespecialiseerde bedrijven kunnen deze systemen onderhouden of herstarten. Sommige bedrijven ontwikkelen inmiddels vereenvoudigde startkits, maar ook die blijven beperkt beschikbaar.
“Vooral oudere modellen zijn nog enigszins te onderhouden, moderne hybrides zijn praktisch onbruikbaar zonder fabrieksondersteuning.”
De belangrijkste motivatie van verzamelaars is niet om met de auto te rijden, maar om een tastbaar stuk Formule 1-historie in bezit te hebben.
Emotie, status en verzamelwaarde spelen een grote rol. Auto’s met een bijzondere racehistorie, zoals overwinningen van Michael Schumacher of Max Verstappen, zijn extra gewild en stijgen in waarde.
“Voor mij is het een investering én een passie; deze auto’s zijn kunstwerken,” aldus de koper van de RB7 in 2023.
Toch blijft het contrast tussen droom en werkelijkheid groot. Voor de meeste fans is het bezitten van een Formule 1-auto een onbereikbare droom.
Voor de enkeling die het lukt, blijft het vaak bij kijken – en soms, heel soms, een paar rondjes op een circuit onder streng toezicht.
