Christian Horner wordt uitgejouwd én bewonderd. En dat vindt hij helemaal prima. Zolang Red Bull maar bovenaan eindigt, is imago bijzaak.
De teambaas van Red Bull Racing is al ruim twintig jaar hét gezicht van het Oostenrijkse team. In die tijd sleepte hij acht coureurskampioenschappen, zes constructeurstitels en 124 overwinningen binnen.
een enkele andere teambaas van deze generatie kan tippen aan dat trackrecord. Maar de prijs die hij daarvoor betaalt, is zijn reputatie.
Horner weet dondersgoed dat zijn aanpak polariseert. Zijn manier van leidinggeven, zijn publieke optredens, zijn uitgesproken standpunten — hij jaagt mensen tegen zich in het harnas. Maar hij blijft onverstoorbaar.
“De beste manier om impopulair te worden in deze business is winnen. En we hebben de laatste jaren flink wat gewonnen.”
Hij is niet op zoek naar applaus. Hij wil resultaten. Waar andere teambazen zich voorzichtig uitdrukken of achter de schermen opereren, stapt Horner juist vol in de spotlights.
Mede dankzij series als Drive to Survive is hij uitgegroeid tot een soort ‘pantomime villain’ — een figuur waar fans op reageren, positief of negatief.
“Ik ben altijd dezelfde persoon gebleven. Ik verwacht honderd procent, en ik geef ook honderd procent. Dat maakt je soms onpopulair bij je rivalen.”
Een Britse schurk in een Oostenrijks jasje
De ironie is dat Horner, ondanks zijn Britse roots en Red Bulls hoofdkwartier in Milton Keynes, nauwelijks steun krijgt van het Britse publiek. Hij gelooft dat dat mede komt doordat Red Bull nooit heeft ingezet op een Britse coureur.
“Sinds David Coulthard hebben we geen Britse coureur meer gehad. We wonnen vier keer met Sebastian Vettel, en dat was tegen Lewis Hamilton en Fernando Alonso. Daarna was het Max Verstappen die Lewis versloeg. We zijn nooit het thuisfavorietje geweest, ondanks dat we zo Brits zijn qua locatie.”
Die positie maakt hem een buitenstaander — iemand die succes boekt, maar toch geen heldenstatus krijgt. Voor Horner maakt het niet uit. Hij wil geen fanfavoriet zijn, hij wil kampioen worden.
Ook achter de schermen heeft Horner invloed. Bij de voorbereidingen op de reglementswijzigingen voor 2026 is hij een van de meest uitgesproken figuren. Vooral over de balans tussen batterijvermogen en verbrandingsmotor maakt hij zich zorgen.
“Wat we echt willen voorkomen, is dat coureurs vanaf halverwege het rechte stuk moeten liften en coasten. Dat frustreert de coureurs en is slecht voor het spektakel,” waarschuwt hij.
Hij pleit voor een handmatige override-modus als alternatief voor het huidige DRS-systeem, om het racen spannender te houden en het energiemanagement minder saai te maken voor de fans. Zijn argument: het moet om racen gaan, niet om brandstof sparen.
Geruchten, aanbiedingen en loyaliteit
Door zijn successen is Horner een gewilde man. Elk topteam heeft hem naar eigen zeggen ooit benaderd, maar hij blijft Red Bull trouw.
“Over de jaren heb ik één of meerdere aanbiedingen gehad van vrijwel elk team. Dat is flatterend, maar Red Bull is mijn thuis.”
De geruchten over een mogelijke overstap, of zelfs ontslag, doen hem weinig. Volgens Red Bull blijft hij tot minstens het einde van dit decennium aan boord. En met zijn staat van dienst is er weinig reden om daaraan te twijfelen.
Of hij nou wordt uitgejouwd op Silverstone of de handen op elkaar krijgt in Zandvoort: Christian Horner laat zich niet van de wijs brengen. Hij weet wat er nodig is om te winnen, en hij is bereid die prijs te betalen. Zelfs als dat betekent dat hij de vijand wordt in de ogen van velen.
Zijn boodschap is duidelijk: wie wint, hoeft geen vrienden te maken. En zolang Red Bull de zeges blijft stapelen, blijft Horner precies waar hij is — midden in de vuurlinie.