Lewis Hamilton kreeg onlangs een harde waarschuwing over zijn kansen in Monaco. Terwijl hij zich na Imola voorzichtig optimistisch toonde over de voortgang van Ferrari, werd hij door Jacques Villeneuve met beide voeten terug op aarde gezet.
De Canadese oud-wereldkampioen was onverbiddelijk: deze auto past nergens bij – en zeker niet op Monaco. Hamiltons eerste seizoen in het rood verloopt wisselvallig.
“In Monaco heb je een auto nodig die supersnel van richting verandert. Dat is deze Ferrari niet.”
Een vierde plek in Imola bracht hoop, maar onder de oppervlakte speelt nog steeds dezelfde zorg: Ferrari’s SF-25 is niet gemaakt voor krappe, technische circuits zoals Monte Carlo.
En dat maakt het vooruitzicht op succes op het iconische stratencircuit buitengewoon somber. Afgelopen weekend wist Hamilton vierde te worden in Imola. Geen slechte uitslag, zeker niet gezien de matige kwalificatie.
Maar achter die prestatie schuilde frustratie: Lewis voelde zich ‘verslagen’ op zaterdag. Het werd pas op zondag enigszins goedgemaakt.
Die mix van hoop en realiteit is kenmerkend voor Ferrari’s 2025-seizoen. De auto is grillig, soms snel op zondag, maar vrijwel altijd onvoorspelbaar in de kwalificatie. En precies daar ligt het probleem voor Monaco.
“Monaco draait om kwalificatie. Als je daar geen snelheid hebt, heb je geen kans.”
Ferrari mist wendbaarheid en scherpte
Volgens Villeneuve is het grootste manco van de SF-25 de gebrekkige precisie. In Monaco telt elke centimeter. Je moet rakelings langs vangrails kunnen sturen, de auto moet lichtvoetig zijn in krappe bochtencombinaties.
Ferrari’s auto blinkt daar juist niet in uit.
“De auto verandert niet snel genoeg van richting. Dat zag je in Imola al.”
Ferrari is traditioneel sterk in snelle bochten en lange stints, maar de layout van Monaco vraagt iets compleet anders.
Daar komt het niet aan op topsnelheid, maar op wendbaarheid, balans en nauwkeurigheid in langzame secties. Zaken waar Ferrari dit seizoen tekort in schiet.
Hamilton’s zwakke kwalificaties helpen niet. Hij kampte bij Mercedes al met achterblijvende starts op zaterdag en ook bij Ferrari is dit patroon teruggekeerd. Zelfs in Imola moest hij genoegen nemen met een lage startpositie.
Alsof Monaco nog niet lastig genoeg was, geldt er dit jaar een aanpassing in het sportief reglement. Artikel 30.5, lid m, verplicht coureurs om minstens drie verschillende types banden te gebruiken.
Daarmee wil de organisatie meer pitstops en strategische variatie forceren.
“Elke coureur moet minimaal drie verschillende bandencompounds gebruiken, tenzij nat weer een uitzondering mogelijk maakt.”
Pirelli heeft gekozen voor de drie zachtste compounds: C4 als harde band, C5 als medium, en C6 als zachte band. Dat lijkt gunstig, maar maakt het voor Ferrari alleen maar ingewikkelder.
Ze hebben namelijk geen betrouwbaar window waarin de auto optimaal presteert. En met de noodzaak om meerdere banden te gebruiken, neemt de kans op fouten alleen maar toe.
Deze verandering beïnvloedt bovendien niet het échte probleem van Ferrari in Monaco: kwalificatie. Want hoe je zondag ook benadert, wie op zaterdag niet in de top start, blijft op deze baan muurvast zitten.
Hamilton blijft hoopvol, ondanks donkere wolken
Toch ziet Hamilton lichtpuntjes. Na afloop van Imola zei hij dat hij iets ‘opgelost’ had aan zijn rijstijl of afstelling. Wat dat precies was, hield hij voor zich. Maar de Brit straalde meer vertrouwen uit dan eerdere weekenden.
“Er is iets dat ik heb opgelost. Dat geeft me hoop voor wat komen gaat.”
De vraag is of dat genoeg is om het fundamentele probleem van Ferrari in Monaco te compenseren. Villeneuve denkt van niet. Volgens hem zijn er geen circuits waar deze auto zich echt op zijn gemak voelt. En zeker niet in de smalle straten van Monte Carlo.
Met teamgenoot Charles Leclerc, die traditioneel sterk is in Monaco maar vaak pech heeft gehad, kan Ferrari misschien nog verrassen. Maar alle signalen wijzen erop dat dit weekend eerder voor damage control zal zijn dan voor glorie.
Voor Hamilton zou Monaco een nieuw hoofdstuk moeten worden. Zijn eerste thuisrace als Ferrari-coureur. Maar in plaats van vreugde klinkt er vooral zorg. De auto past niet bij het circuit. Zijn kwalificatievorm is onzeker. En de concurrentie is moordend.
“Ik weet dat het lastig wordt. Maar ik geloof dat we stap voor stap beter worden.”
Of die stappen snel genoeg komen, is zeer de vraag. Eén ding is zeker: de verwachtingen liggen lager dan ooit. En dat alleen al is pijnlijk voor een team als Ferrari, op een podium waar reputaties worden gemaakt – of gebroken.